[Agge van Sixma]
SIXMA (Agge van), broeder van den vorige, werd den 17 Febr. 1677 raad in het hof van Friesland, doch bekwam den 29 Maart 1684 door afstand van zijn broeder de grietenij van Barradeel. Hij was dijkgraaf, en nadat hij van zijn ambt als grietman afstand had gedaan, vroedsman te Franeker. Eenige jaren voor zijne benoeming als raad in het hof, was hij volmagt ten landsdage uit Barradeel. In 1684 eenig verschil omtrent de grensscheiding van de jurisdictie der stad Harlingen en de grietenij Barradeel ontstaan zijnde, werd het, door uitspraak van den stadhouder geregeld. Hij huwde Cornelia Bezaarts, en woonde te Minnertsga op eene buitenplaats met name Sixma van Andla, waar hij overleed.
Zie Wapenb. Sixma, gen. 5; Naamrol der Raden, bl. 47; Fris. nob. p. 176; Charterb. D. V. bl. 816, 1222; van Sminia, bl. 217.