het hierachter genoemde werk van J. Dart, alsmede onder zijn portret, in medaljon in kl. 8o. met een vers van Lescaille, door P. Schenck. Bij van Loon vindt men nog een medalje met zijn portret, waarbij eene zinspeling op zijn naam Schijn Voed. Hij was een bekwaam bouwmeester, die bijzonder bekend was door het aanleggen van buitenplaatsen, zooals die der heeren Gruterus, Brands, Cunus, Witbol, Oortman enz., en van aanzienlijke gebouwen, zoo te Amsterdam als aan de Vecht en Amstel. Ook beoefende hij de teeken- en graveerkunst, en bezat hij eene rijke verzameling van oudheden, munten, zeldzaamheden van natuur en kunst, o.a. door Czaar Peter I bezigtigd. Dit kabinet is beschreven onder den titel van Muntkabinet der Roomsche keyzers en keyzerinnen. In vaarzen beschreven door Abraham Bogaert. Met 70 koperen platen versiert; te Amsterdam Jacob Lescailje. 1695. in kl. 8o. Hierin komen afbeeldingen, met zinnebeeldig bijwerk voor van hem, Bogaert en Jacob de Rijk, aan wieu hij door zijn tweede huwelijk vermaagschapt was.
Hij gaf nog in het licht: Kortbondige zinspreuken, Amst. 1689. 8o. Zedelessen, Amst. 1689. 8o. en Lusthofs-sieraden, Amst. 2 d.m. pl. fol.
Zie Immerzeel; Kramm; van Loon, Nederl. Hist. Penn., D. IV. bl. 221; A. Bogaert, Gedichten, Amst. 1728. bl. 466, 371; J. Dart, Antiquities of Canterbury, Lond. 1726 in fol.; Kobus en de Rivecourt; Abcoude, Naamr., D. I. bl. 329; Arrenberg, Naamr., bl. 468; Muller, Cat. v. portr.; Cat. Meulman, bl. 319.