Twee leerredenen. Ald. 1811.
Nagelatene leerredenen 2 st. Ald. 1816.
Ook gaf hij in het licht:
Brief aan eene vriendin over den zin van I Joan III:1, 2. Haarl. 1810, waarin hij zijne opvatting en vertaling van die plaats tegen eene aanmerking van den hoogleeraar van der Palm, voorkomende in diens leerrede over dien tekst, verdedigt.
Ook gaf hij: Der Kinderen Goede Vrijdag, Gedachtenis van 's Heilands dood, gehouden in de Kinderkerk te Haarlem. Hij was lid van Teylers 2e Genootschap en mede-beoordeelaar van de inkomende prijsvragen. A. Loosjes Pz. vervaardigde een lijkzang op hem.
Zie Ypey, Ges. d. Christel. kerk in de 18e eeuw. D. VIII, bl. 680; Glasius, Godgel. Nederl.; Nieuwenhuis; Kobus en de Rivecourt; Verwoert; Muller, Cat. v. portr. Kunst en Letterb. D. I, bl. 99.