[Risoir]
RISOIR, bij Wagenaar vermeld als een der Verbondene Edelen, is Ch. van der Noot, Seigr. de Rysoir, in de brieven door Groen van Prinsterer uitgegeven Risver genoemd.
Zie Wagenaar, Vad. Hist. D. VI bl. 125, 275; Groen v. Prinsterer, Arch. T. II, p. 58; Te Water, Verb. d. Edelen bl. 167.