[H. Paul]
PAUL (H.), in de wandeling, graaf van Zaandam genoemd, een Franschman van afkomst, was sedert eenige jaren burger van Amsterdam, toen hij in 1680 aanleiding gaf tot oneenigheden tusschen het Fransche hof en de Algemeene Staten. De koning van Frankrijk had uit het garnizoen van Yperen een luitenant met negen dragonders gezonden om hem op te ligten. Het oorlogsvolk was reeds tot Rotterdam genaderd, toen hun oogmerk ontdekt, de bevelhebber met zijn onderhoorigen gevat en voorts gevankelijk naar 's Hage werd gevoerd. De Fransche gezant verzette zich ernstig hier tegen en beweerde dat de krijgslieden slechts de ontvangen bevelen hadden opgevolgd en diensvolgens op vrije voeten moesten worden gesteld. De Staten verstonden het echter anders, en waren van oordeel dat het Fransche krijgsvolk, een onderdaan van den Staat en burger van Amsterdam, over wiens gedrag nimmer klagten was gevallen, dus willende opligten, den dood verdiend had. Tengevolge van dit begrip werd de luitenant veroordeeld om onthoofd te worden en zijn volk tot een tienjarige gevangenis veroordeeld. Tegen den bestemden tijd werd alles tot de volvoering van het vonnis van den luitenant gereed gemaakt en zelfs de doodkist op het schavot gebragt. Doch zoodra het vonnis was gelezen, schonk men hem vergiffenis en zond hem, benevens zijne dragonders, aan den Franschen afgezant.
Zie Holl. Merc. 1680; Kok.