[Matthias Navea of Naveus]
NAVEA (Matthias) of Naveus, neef van den vorige, werd tegen het eind der zestiende eeuw geboren, studeerde te Douai, verwierf aldaar, omstreeks 1630 de doctorale waardigheid en werd censor librorum van wege den bisschop van Atrecht. In 1632 ontmoeten wij hem als kanunnik van St. Piat van Séclin en pastoor van St. Pieter te Douay. Den 13den Julij 1632 werd hij tevens kanunnik bij de Cathedrale van Doornik, waar hij vervolgens zijn verblijf nam. Bisschop Maximiliaan de Villain de Gand benoemde hem tot censor librorum van zijn kerspel: hij was in de kerkvergadering, 21 April 1643 door dien prelaat gehouden en werd er benoemd tot examinator des pastoors, welke betrekking hem ook in de kerkvergaderingen, 21 April 1649, 13 April 1660 verleend werd. Hij stierf in dit of het begin van het volgend jaar. Val. Andreas noemt hem ‘solidi solertisque vir judicii atque ingenii,’ doch anderen oordeelen min gunstig over zijn oordeel en verstand.
Men heeft van hem:
Encomium S. Josephi, Virginis Deiparae Sponsi, Duaei, 1627, 12o. - Sponsus Virginis decoratus, Coronâ XXX gemmarum Splendoribus coruscante. Ibid, sive Encomium S. Jozephi omstreeks 1636. - Orationes tres de signi crucis, et orationis efficuciâ, et D. Thomae Aquinatis laudibus, Duaci, 1630, 4o.
Catechesis, sive de Sacramentorum institutione, Confessione Sacramentali, Extremâ Unctione et Matrimonio, Conciones XVI, Duaci, 1633, 12o.
In Festa Sanctorum Praelibatio Theologica, praedicata ex parte per Matthiam Navaeum S.Th. Doctorem, Canonicum Ternacensem, ad librorum Censuram a Rmo. Domino commissum charitate salvâ, Tornaei, 1635, 12o.
Annotationes in Summae Theologicae et Scripturae Sacrae