[Daniel Mytens]
MYTENS (Daniel), in het laatst der 16e eeuw te 's Hage geboren. Men weet niet, wie zijn leermeester was, doch waarschijnlijk vormde hij zich naar de werken van Rubens. Reeds vroeg begaf hij zich naar Engeland, en steeg onder de regering van Jacobus I en Karel I tot hoog aanzien. Uit een brief van hem aan Sir Dudley Carleton. Engelsch gezant te 's Hage, blijkt dat hij reeds in 1618 voor het hof werkzaam was. Later werd hij hofschilder. Hij schilderde zijne portretten zóó voortreffelijk schoon, dat zij voor het werk van van Dyck werden gehouden.
Te Hamptoncourt zijn portretten ten voeten uit van prinsen en prinsessen uit het Huis van Brunswijk-Lunenburg en dat van Carel Howard, graaf van Nottingham; te Knowle het levensgroot afbeeldsel van Lionel Cranfield, graaf van Middlessex en lord Schatmeester (op een kleine bel staat het jaargetal 1623); te Kensington zijn eigen portret; te St. James, onder vele anderen, het portret van koningin Maria van Schotland, waarschijnlijk eene door hem vervaardigde kopij, en dat van den beroemden dwerg Jeffery Hudson, die, doch minder gelukkig, in zijne groote schilderij, voorstellende Karel I en zijne gemalin, weleer in bezit van den graaf van Dunmore, voorkomt. In 1808 was het portret van graaf Henry Rich van Holland, levensgroot, in gestreepte kleeding, met een wandelstok in de band, in bezit van lady Elisabeth Germain te Dragton. Kramm zag in 1827 in het Britsh Institution de afbeelding van koning Karel I en koningin Henriette Maria, en van den infant prins Karel, door Mytens.
Hij had in Engeland een groote vermaardheid tot op de komst van Anthonie van Dyck. Zoodra deze tot eersten hofschilder was benoemd, verzocht hij zijn ontslag, doch koning Karel wist hem te bewegen, te blijven, en hij werd de vriend van van Dyck, die zijn portret schilderde. Omstreeks 1630 schijnt hij echter weer naar Holland te zijn vertrokken, en zich te 's Hage gevestigd te hebben, waar zijn zoon Johannes met roem de kunst beoefende. Zijn door van Dyck geschilderd portret is door Paul Pontius uitmuntend gesneden, en komt voor in de kunstzaal van van Dyck. Er waren verscheidene portretten door hem op het huis te Hondselaarsdijk.
Zie Houbraken; de Bie; Immerzeel; Kramm.