[Johannes Miraeus]
MIRAEUS (Johannes) of MIRE (Jean le), neef van den vorige, werd den 6 Jan. 1560 te Brussel geboren, studeerde te Leuven in de wijsbegeerte, vervolgens te Douay, waar hij ook de rhetorica en de Grieksche taal onderwees, en na in 1588 licentiaat in de godgeleerdheid te zijn geworden, naar Brussel terugkeerde, waar hij pastoor der parochie van St. Jacob, gezegd van Coudenbergh, werd. Kort daarop werd hij kanunnik van St. Gudule en den 30 Mei 1604 tot bisschop van Antwerpen gewijd. Hij overleed 12 Jan. 1611, in den ouderdom van 51 jaren. Johannes Del-rio, deken te Antwerpen, Jan de St. Laurent, hoogleeraar te Douai, en Laurens Beyerlinck hielden lijkredenen op hem, die uitgegeven zijn. Zijn marmeren grafsteen vindt men in de O.L.V. kerk te Antwerpen. Zijn zinspreuk was: Futura prospice.
Men heeft van hem:
Decreta Synodi Diocoesanae Antverpiensis, mense Maïo anni 1610 celebratae, praesidente in ea Rmo in Christo Patre et Domino Joanne Miraeo Episcopo Antverpiensi, Antv. 1610, 8o. ook in de Concilien van P. Labbé, en in Decreta et statuta tam in Synodis Provincialibus Archiepiscopatus Mechlinensis, quam in Synodis Episcopatus Antverpiensis per Ilimos ac Rmos DD. Archiepiscopos nec non Episcopos eorumdem impressa. Antv. 1680, 8o.
Zij worden ook gevonden achter de Concilien in Duitschland, uitgegeven door P. Hartzheim, Jesuit, doctor van Keulen, gestorven in 't begin van 1763. Vooraan vindt men de toespraak van Miraeus aan zijne geestelijkheid.