Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 11

[Samuel Luchtmans]

LUCHTMANS (Samuel), eenige zoon van den vorige, werd 20 November 1685 te Leyden geboren, bezocht het gymnasium aldaar en hield, na voleindigde studiën, een oratie de utilitate literarum in mercatura, nam, na den dood van zijn vader, den boekhandel op zich, werd in 1720 ook boekdrukker, in Augustus 1730 stadsdrukker en Academiae Typographus, den 1sten Jan. 1714 hoofdman, daarna deken van het gild, tot dat hij den 31sten December 1755 zijn zaak aan zijne zonen Samuel en Johannes overliet. Hij stierf den 13den Jan. 1757. Zijn portret, door Deckers naar de schilderij van van der Meij gelithographeerd, vindt men met zijne handteekening op het boven aangehaalde blad. De door hem en zijnen vader uitgegeven classici cum notis variorum zijn hoofdzakelijk:

Polyaenus van Maaswijk (1691); Minucius Felix van J. Gronovius (1709); Herodotus van J. Gronovius (1715); Vellejus Paterculus van P. Burmannus (1719 en latere uitgaven); Julius Obsequens van Ouderdorp (1720); Curtius

van Snakenburg (1724); Valerius Flaccus van P. Burmannus (1724); Valerius Maximus van Torrenius (1726); Phaedrus van P. Burmannus (1726); Lucanus van Oudendorp (1728 en latere uitgaven); Aelianus van Abr. Gronovius (1731); Frontinus van Oudendorp (1731 en latere uitgaven); Cornelius Nepos van A. van Staveren (1735); Mythographi Latini van A. van Staveren (1742); Hesychii Lexicon van J. Alberti (eerste deel 1746, fol.); Pomponius Mela van Abr. Gronovius (1722 en 1748). Met andere boekhandelaren gaf Luchtmans ook Bayle's Dictionaire Historique et Critique en andere folio-werken in het licht. Hij was zeer gelukkig in zijne ondernemingen.