[Kapitein Lanham]
LANHAM (Kapitein) werd in het begin van November 1688 naar Londen gezonden, om aldaar de gedrukte verklaring van de redenen, welke Zijne Hoogheid hadden doen besluiten den togt naar Engeland te ondernemen, te verspreiden. Men vond aldaar, terwijl hij eens uitgegaan was, eenige afdrukken op zijne tafel liggen, nam hem gevangen, en bragt hem voor den koning, die, in persoon, hem straks verhoorde, en voor wien hij zich stoutelijk verdedigde. Eenige oordeelden, dat, ‘wijl er geen oorlog tegen de Staten of Zijne Hoogheid was, noch eenige voet, die zulk een overbrengen verboodt,’ Lanham aan geen hoog verraad kon schuldig verklaard worden. De koning merkende, dat het verbieden van 's prinsen verklaring onnut was, schijnt zich vergenoegd te hebben met ze te weerleggen. Lanham werd denkelijk gevangen gehouden en later door Willem III ontslagen.
Zie van Wijn, Bijv. en Aanm. op D. XV. der Vad. Hist. van Wagenaar.