[Mr. Hendrik Arnold Kreet]
KREET (Mr. Hendrik Arnold) taalkundige, geboren in 1740, die met anderen schreef in de Tael- en Dichtkundige Bijdragen 1759-1762, in de Bijdragen tot opbouw der Vaderl. Letterk., Proeven van Oudheid-, Tael- en Dichtkunde, door het Genootschap Dulces ante omnia Musae en in de Werken der Maatsch. van Ned. Letterk. Later wijdde hij zijn tijd aan andere bezigheden, toen hij griffier bij het Hof van Holland werd, en met anderen, zich onledig hield met een Wetboek voor de Bataafsche Republiek. Hij overleed te Amsterdam, den 16den April 1804.
Hij was lid van het Genootschap Minima Crescunt, en vervolgens van de Maatachappij van Ned. Letterk. te Leiden. Hij gaf uit:
Nederlandsche Amnestiën, van de jaren 1485, 1488, 1787 en 1788 en Bijvoegselen tot dezelve, Dordr. 1789, 2 st.
In de Bibl. der Maatsch. van Ned. Letterk. bevindt zich van hem:
J. van Vondelens Palamedes oft vermoorde Onnozelheyd, Treurspel, 't Amsteld. 1626, met wit papier doorschoten en met taalkundige aanteekeningen van Mr. H.A.K.
Th. Benson, Vocabularium Anglo-Saxonicum, Lexico G. Somneri magna parte auctius. Oxon. Th. Shild, 1701, met eigenhandige aanteekeningen van L. ten Kate, Hz., W.F. van der Wilp en H.A. Kreet, 8o.
Zie Siegenbeek, Gesch. der Ned. Letterk. bl. 327; Cat. der Maatsch. van Ned. Letterk. D. II. bl. 26. 490, 491; te Water, Aanspraak, in de Handel. der Maatsch. der Ned. Letterk. 1804. bl. 3.