Weiland, medebestuurder van dat genootschap, in het nemen van steendrukproeven, die bij de Nederlandsche Huishoudelijke Maatschappij in 1814 met eene zilveren medaille zijn bekroond geworden. Daar hij slechts over weinige vrije uren kon beschikken, zijn zijne kunstvoorbrengselen niet talrijk. Op de tentoonstelling te 's Hage waren drie schilderijen van dezen meester naar schetsen, door hem in 1817 op zijne reis in Duitschland en Zwitserland vervaardigd, als een Landschap bij ondergaande zon in Zwitserland, een Gezigt aldaar aan het vier Walstadtermeer en een Landschap in het Kleefsche. Deze kunstenaar overleed den 4den Mei 1825. Onder zijne nagelatene betrekkingen was eene dochter die talent had voor het bloemteekenen.
Zie Immerzeel, Levens der Holl. en Vlaamsche Kunstschild. D. II. bl. 133.