[François Jas]
JAS (François) was te Amsterdam, heelmeester der stad, van het gerecht en van het Kweekschool voor de Zeevaart, alsmede examinateur bij de Oost-Indische Compagnie. Niet alleen als zoodanig, maar ook door het schrijven van de na te noemen werken, verwierf hij zich een grooten naam in zijn vak:
Verhandeling over de uitwendige hulpmiddelen, die, van de vroegste tijden af, ter genezing en voorkoming der breuken zijn in het werk gesteld. Bekroond met den prijs van het Legaat van J. Monnikhoff en, behalve in het tweede deel van deszelfs Verhandelingen, uitgegeven te Amst. 1798. 8o.
Verzameling van Waarnemingen, getrokken uit de werken der beste oorspronglijk Nederlandsche Heelkundigen, betreffende de Aangezichts- en Halswonden. Met zilver bekroond door het Genootschap ter bevordering der Heelkunde te Amsterdam, en in deszelfs Verhandelingen, (1799. D. V. bl. 60) opgenomen.
Waarneming eener buitengewone opstopping der pis, en aftapping derzelve, in eene niet zwangere vrouw, met eene daaruit afgeleide bedenking, betrekkelijk het buikwater. In dezelfde Verhandel. (1802. D. VII. bl. 197) opgenomen.
Jas was lid van het Genootschap ter bevordering der heelkunde te Amsterdam, en van het Genootschap der beschouwende en werkdadige Wiskunde te Leiden.
Zie Algem. Konst- en Letterb. D. IX. bl. 90; Nieuwe Algem. Konsten Letterb. D. IV. bl. 138, D. VIII. bl. 90, D. IX. bl. 70; Holtrop, Bibl. Medico-Chirurg. p. 163.