[Anton Adriaan van Iddekinghe]
IDDEKINGHE (Anton Adriaan van), zoon van den voorgaande, werd te Groningen in 1711 geboren en, na veelvuldige ambten bij opvolging waargenomen te hebben, tot burgemeester zijner geboorteplaats aangesteld. Als zoodanig nam hij belangrijke commissien in den Haag waar, en was zeer gezien bij den stadhouder Willem IV en later bij diens weduwe. Beiden bezigden hem tot het uitvoeren van aanzienlijke bezendingen en ambten, terwijl de prinses-gouvernante hem, benevens anderen, verkoos tot opvoeding van haren minderjarigen zoon Willem V.
Na in 1755 tot lid der Staten-Generaal aangesteld te zijn, bekleedde hij in 1782 het voorzitterschap en overleed den 28sten Februarij 1789. Hij werd in 1758 curator der Groningsche hoogeschool. Men wil dat hij in de vermaarde zaak van den hoogleeraar van der Marck (zie aldaar) misbruik maakte van zijn gezag. Hij was gehuwd met Quirina Jacoba van Persijn.
Zie Brucherus, Gedenkb. van Stad en Lande, bl. 313; Stuart, Vaderl. Hist. D. I. bl. 524; Scheltema, Staatk. Nederl. D. I. bl. 528, D. II. bl. 596.