Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Eerste stuk

[Thomas Herbaius]

HERBAIUS (Thomas), werd omstreeks 1570 te Herbaayum bij Franeker geboren, was advocaat fiscaal of procureur generaal van het Hof van Friesland en stierf den 20 Mei 1613 te Leeuwarden.

Hij was van een zeer zachtzinnig karakter, en onderscheidde zich niet minder als letterkundige dan als regtsgeleerde. Tot zijne vrienden behoorden Nikolaas Mullerius, Pierius Winsemius, D. Leontius, J. Lenzius, 'Godfried Sopingius, Sibrand Siccama, H. Bouricius, G. Hardomans, die alle treurzangen bij zijn overlijden hebben vervaardigd; voorts

Marcus Lycklama en Joan Saeckma, uitgever van:

Thomae Herbaii, Rerum quotidianarum liber singularis, Arnhemii, Joan. Janssonius, 1614, 12^o. It. Ed. 2a, cui ex adversariis autoris accessit, caput XX.; Quotâ ex parte quisque institutus aut substitutus videatur. Leov. Jo. Janssonius de Fries, 1642, 18^o. It. 1697, 16^o.

Herbaius maakte ook aanteekeningen op de ordonnantiën van Friesland, waarvan eene proeve voorkomt in de 2e uitg. der Rer. Quotid.

Zie de Voorr. der Rer. Quot.; Sweertii, Ath. Belg., p. 696, Foppens, Bibl. Belg., T. II., p. 1135; Paquot, Mémoires pour servir à l'Hist. Littér. des Pays-Bas, T. I.p. 295; de Wal, Oratio de claris Frisiae jureconsultis, Leov. 1825, p. 38, 127, 435.