[Hendrik Hendriksz.]
HENDRIKSZ. (hendrik), een dapper zeeheld, die zich in 1667, toen hij den rang van kommandeur bekleedde, op de rivier van Chattam onderscheidde. ‘De kommandeur’ schrijft Brandt, ‘Hendrik Hendrikszoon, met het brandschip de Catharina, die toen stoutelijk volgde, meende toen het schip Karolus Quintus, insgelijks door de Engelschen van de Nederlanders weleer genoomen, en toen gemonteert met 't sestig stukken, aan boort te koomen, maar werd in de grond geschooten, en zonk voor de boeg ten deele aan de zijde van den Karolus Quintus.’
Zie Brandt, Leven van de Ruiter, bl. 575; Leven en Daden der Doorluchtigste Zechelden, D. II. bl. 252; Hollandsche Mercurius 1667, bl. 87.