[Petrus Hellemans]
HELLEMANS (Petrus) werd omstreeks 1680 te Mechelen geboren. Zijn vader was Adriaan Hellemans, advokaat bij den Hoogen-Raad der Nederlanden, zijne moeder N. van den Sande, dochter van een burgemeester te Antwerpen en kleindochter van Antonie van den Sande, geboren te Bergen op Zoom. Na de scholen der Jezuiten te Mechelen doorloopen te hebben, werd hij lid hunner orde, die hij na het voleindigen zijner studiën verliet, en wereldlijke priester. Hij was biechtvader van den kardinaal de Bouillon, gedurende diens verblijf te Bergen op Zoom, en te gelijker tijd aalmoezenier van den prins van Auvergne. Hij predikte in het Fransch, Vlaamsch en zelfs in het Latijn.
In weerwil van alle pogingen gelukte het hem niet eene hem door den nuntius van Keulen toegewezen betrekking van pastoor te Delft te bekleeden, doch hij werd vice-plebaan van St. Gudule te Brussel (1709), vervolgens ging hij met brieven van voorschrijving van Jan Willem, keurvorst van de Paltz, naar Italië, waar hij te Rome een prebende kreeg van O.L.V. dell' anima en kapellaan van het Duitsche hospitaal werd. Gedurende zijn verblijf aldaar hield hij zich bezig met het slijpen van brillenen andere glazen. Hij schreef:
Cort verhael van een nieuw verschil, in 't begin van dit jaer (1711) binnen Bergen op Zoom, om de Catholycke Plebanye, tusschen de Munniken en de wereldsche Priesters door Jacob Catz, Licentiaet in de rechten. Tot Keulen bij Audifax van der Cuppen, onder het Uythangh-bort van den H. Franciscus, 1711. 4o.