Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Eerste stuk
(1867)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 340]
| |
Adolph Jacob Hendrik, heer van Nettelhorst, Batingen en Cloosten, en van Petronella van Lintelo, vrouwe van de Heest, werd den 30sten Augustus 1744 geboren, den 9den Augustus 1766 in de ridderschap van het graafschap Zutphen beschreven en bekleedde vele betrekkingen en commissiën met eere. Hij was extraordinaris gedeputeerde van het graafschap, burgemeester van Lochem en van Groenlo, en op verschillende tijden afgevaardigde tot de generaliteits rekenkamer, de admiraliteiten van de Maas en Amsterdam en ter vergadering der Staten-Generaal. Een bekend voorstander van het huis van Oranje zijnde werd hij in 1795 van al zijne betrekkingen ontzet niet alleen, maar ook het sequester op zijne goederen gelegd. Hoewel er kennis van dragende en kort te voren met zijnen broeder, den heer van Overlaar, den erfprins van Oranje te Lingen in het geheim bezocht hebbende, nam hij geen deel aan de pogingen, door Heeckeren van Suideras en anderen aangewend, om eenen opstand in het Zutphensche te bewerken. Onder de Bataafsche republiek en het koningrijk Holland leefde hij ambteloos; gedurende de Fransche overheersching was hij lid van den arrondissements-raad van Zutphen. De souvereine vorst benoemde hem tot een der notabelen, die de grondwet zouden helpen aannemen en later tot lid der ridderschap en provinciale staten van Gelderland. Hij was in 1781 gehuwd met Henriette Syna van Wassenaer, dochter van Willem, heer van Duivenvoorde, luitenant-admiraal van Holland en West-Friesland, en van Johanna Wilda van Weyhe, vrouwe van Echtelt, en stierf den 10den September 1816, zijne weduwe den 29sten November 1832. Hunne kinderen waren: 1o. Adolph Jacob Hendrik Willem, die volgt; 2o. Pieter Reinhardt Johan Wildt, heer van Marhulsen, geboren in 1785, gehuwd met zijne volle nicht Wilhelmina Jacoba Anna Maria van Heeckeren tot de Heest, in 1835 gestorven. Hij was te gelijker tijd controleur der belastingen, burgemeester, secretaris en notaris te Eibergen, schoolopziener, adjuncthoutvester, lid der provinciale staten en later ook nog waarnemend districts commissaris van Borculo. Al deze betrekkingen nam hij met den meesten ijver waar, doch vooral was de gemeente Eibergen hem dierbaar, die hij, met eene dikwijls te ver gedreven belangeloosheid, zocht te doen bloeijen. De vermoeijenissen, aan zijne werkzaamheden verbonden, sloopten zijn sterk ligchaams gestel en hij over- | |
[pagina 341]
| |
leed reeds den 5den Januarij 1835; 3o. Charlotte Elisabeth Jeannette Walburg, geboren in 1791; 4o. Louise Wilhelmine Henrietta Caroline, geboren in 1793, overleden in 1839; 5o. Willem Frederik Jacob Johan, geboren in 1796, achtereenvolgens officier bij de jagers en mariniers, gehuwd geweest met Hermina Geertruida Jacoba van Lockhorst en in 1827 overleden.
Uit familie-berigten bijeengebragt. |
|