[Barend of Bernt van Hackfort]
HACKFORT (Barend of Bernt van) behoorde tot het oud adellijk Zutphensch geslacht van dien naam, was de jongste zoon van Jacob van Hackfort en van Margareta van Essen, vrouwe van Harxen, en werd in het midden van de tweede helft der vijftiende eeuw geboren.
Zijn slecht gedrag in zijne jeugd deed hem zonderlinge lotgevallen hebben. Hij verliet het ouderlijke huis en dien de een blinden muzijkant tot geleider, was vervolgens leerling bij een schoenlapper en nam eindelijk dienst als soldaat.
Op zekeren leeftijd gekomen, schijnt hij zijn leven verbeterd te hebben en weder in aanzien te zijn gekomen. Wij ontmoeten hem althans in 1527 als de eerste der gemagtigden van hertog Karel van Gelder, om te handelen met de afgevaardigden van Overijssel tot onderwerping. Zijn trotsch karakter deed echter deze onderhandeling afbreken.
Toonde hij zich als staatsman minder geschikt, meer verdiensten scheen hij te bezitten als krijgsman. Toen namelijk in 1528 de stad Hasselt door den stadhouder Schenck belegerd werd, voerde hij daar binnen het bevel en verdedigde zich moedig. Twee jaren daarna werd hij gezonden om den Eems in Oostfriesland te bezetten, en was hij in 1534 afgevaardigde tot den vredehandel met den vorst van dat land.
Minder gelukkig was hij in 1535. Hij werd namelijk door Schenck bij het veroveren van Appingadam gevangen genomen, naar Brussel gevoerd, doch bij den daarop gevolgden vrede ontslagen. Hij bekleedde voorts belangrijke betrekkingen, als die van drost van het Oldambt, scholtus van Zutphen en pandheer van Schuilenburg.
Na den dood van zijn vader verkreeg hij in eigendom het huis te Hackfort, half Medler en één deel van de Wyrsche. Hij stierf den 22sten Maart 1557, en was gehuwd met Margareta van Egmond, genaamd Baeck, dochter van Henrick van Egmond en van Agnes Kreynck, uit welk huwelijk twee dochters verwekt