Geraart's kunstvoortbrengselen zag, zeer geprezen. Hij was ook grondig ervaren in de perspectief, blijkens eene Afbeelding der Groote Kerk te Haarlem, die thans nog achter den predikstoel tegen den muur van het doophuis, in genoemde kerk te vinden is. De meeste zijner stukken, waarvan in de hier onder aangehaalde bronnen uitvoerig gehandeld wordt, zijn bij de beeldstormerij verloren gegaan. De tijd van zijn sterven is onbekend. Hij bereikte slechts den ouderdom van acht en twintig jaren.
Zie van Mander, Schilderbook, bl. 206; Ampzing, Boschrijv. van Haarl., bl. 347; Koning, Tafereel der Stad Haarl., D. IV. bl. 132, Wolff, Beschrijv. van de Groote of St. Bavo-Kerk te Haarl., bl. 19; Immerzeel, Lev. en Werk. der Kunstsch., D. I. bl. 270; Rathgeber, Bereden. Geschied. der Nederl. schilder-, houtsnij- en graveerk., D. I. bl. 26, 30, 38, 311, 352, 412, 413; Kramm, Lev. en Werk. der Kunstsch., D. II. bl. 546-548.