gediend te hebben, was hij later tot het jaar 1802 in Engelsche dienst, en na de omwenteling van 1813 werd hij Luitenant-Kolonel bij de generale werving, daarna bij een der bataillons infanterie en in 1814 Kolonel-plaatstelijk-kommandant te Groningen, in 1821 te Amsterdam en tevens Generaal-Majoor, alwaar hij den 13den Februarij 1825 overleed.
Uit medegedeelde berigten bijeengebragt.