[Otto van Gent]
GENT (Otto van), Heer van Dieden en Oyen, broeder van Walraven van Gent voornoemd, was in 1593 Page van Frederik Hendrik en in 1629 Gouverneur van Emmerik, na reeds meermalen zijn leven voor het vaderland te hebben veil gehad. Toen in genoemd jaar de stad 's Hertogenbosch door Frederik Hendrik belegerd werd, en de Spanjaarden alles in het werk stelden om den Prins het beleg te doen opbreken, smeedde van Gent, die in het leger was, het ontwerp om Wezel te bemagtigen. Hij deelde dat aan den vorst mede, die aanraadde de onderneming uit te stellen tot eene betere gelegenheid. Inmiddels hadden de Spanjaarden ook Amersfoort ingenomen, maar daar en tegen stond ook de kans om Wezel te verrassen schoon. Van Gent gaf hiervan den Prins berigt, en deze gaf terstond bevel om den aanslag te bewerken. Van Gent werd aan het hoofd der onderneming geplaatst, en had het geluk op den 19den Augustus 1629 dezelve met eene goede uitkomst bekroond te zien. Het verhaal van die verblijdende gebeurtenis staat met gulden letteren in de geschiedboeken van den tachtigjarigen krijg vermeld. Van Gent werd om zijnen bij die gelegenheid betoonden moed tot Gouverneur van Wezel aangesteld. Vreemd is het voorwaar dat de geschiedenis slechts dit eene wapenfeit van hem vermeld heeft, en zijn verder bedrijf en levenslot geheel in het duister ligt.
Zie Bor, Ned. Oorl. B. XXX. bl. 679 (8); Wagenaar, Vaderl. Hist. D. XI. bl. 99; Bosscha, Neêrl. Held. te land. D. I. bl. 448, 461-465.