1702 in het gevecht bij Ekeren, en vertrok in 1704 met den Luitenant-Generaal François Nicolaas Baron Fagel naar Portugal. Hij voerde op den 24sten April 1707 het bevel over het Nederlandsche voetvolk in den noodlottigen veldslag bij Almanza, en ofschoon zijne soldaten wonderen van dapperheid bedreven werden zij echter grootendeels vernield.
Uit Portugal teruggekeerd, waar hij na Fagel's vertrek het bevel over de Nederlandsche troepen gevoerd had, heeft hij het vaderland nog lange jaren gediend. Hij werd den 15den Februarij 1709 Gouverneur van Heusden en later van 's Hertogenbosch. In 1725 was hij eigenaar geworden van het regiment gardes te voet. Hij overleed te 's Hertogenbosch den 23sten Maart 1733, en werd te Heusden in de Hervormde kerk begraven onder eene prachtige graftombe, die hij daar bij zijn leven had opgerigt. Hij was gehuwd in 1678 met Anna Hesselt van Dinter en na haren dood met Elisabeth Doys. Hij verwekte uit zijn eerste huwelijk drie kinderen, als:
1o. Godfried, Baron van Friesheim, geboren den 11den November 1679, was Kolonel van een regiment infanterie en overleed den 5den September 1742. Hij liet bij zijne vrouw Charlotte Baronnesse Wilke een zoon en eene dochter na.
2o. Johan Frederik, Baron van Friesheim, geboren den 5den Augustus 1683, was Luitenant-Kolonel der infanterie en overleed te 's Gravenhage den 25sten Mei 1747. Hij was gehuwd in 1712 met Alida Johanna, Baronnesse van Leyden, in 1722 met Arnoldina Cornelia van Beaumont, in 1737 met Marie Aimée de Rapin Thoiras. Uit zijn eerste huwelijk liet hij na een zoon, Johan Theodoor, auditeur der domeinen van Oranje en later Kapitein der infanterie, en uit zijn derde huwelijk een zoon Johan Fredrik Godfried, geboren te 's Gravenhage, eerst page van den Prins van Oranje en daarna sedert 1753 Luitenant der infanterie. Op zijn verzoek eervol ontslagen, vestigde hij zich te Haarlem, alwaar hij in 1763 tot Commissaris van de kleine bank van justitie werd benoemd, en vervolgens Schepen werd in 1769, in 1771 Raad in de vroedschap en in 1772 Meesterknaap van de domeinen van Brederode. Hij was in 1760 gehuwd met Emerentia Helena van Jever, waarbij hij drie kinderen verwekte. Hij stierf den 2den Maart 1776.
3o. Catharina, Baronnesse van Friesheim, gehuwd met Willem Maurits Doys, die in 1709 bij Malplaquet sneuvelde, en daarna met den Generaal Hendrik Wecke.
Zie van Oudenhoven, Beschrijv. der stadt Heusden, bl. 212; Bosscha, Neêrl. Heldendad, te land. D. II. bl. 335; de Jonge,