[Johannes Frederik Freyer]
FREYER (Johannes Frederik), geboren in 1785, studeerde te Erlangen in Beijeren en werd in 1807 tot Predikant bij de Luthersche gemeente te Leeuwarden beroepen. Toen onder de Franschen het kerkgebouw dezer gemeente tot een pakhuis voor de Douanen, ter berging van aangehouden goederen, in beslag was genomen, werd hij naar den Minister van Binnenlandsche zaken, den Baron van de Capellen, afgevaardigd, en keerde met het bevelschrift tot ontruiming en herstelling der kerk in haren vorigen toestand terug. Hij vierde in 1817 het derde eeuwfeest der Kerkhervorming, en zijne toen gehoudene rede over Rom. 13 vs. 12, werd, met de bij de andere gemeenten gehoudene leerredenen, in het licht gegeven.
Sedert 1829 werd Freyer door eene keelziekte in zijn dienstwerk verhinderd, zoodat hem op zijn verzoek een proponent werd toegevoegd. Hij overleed te Leeuwarden den 13den Mei 1831 en gaf, behalve de genoemde Hervormingsrede, naamloos, in het licht.
H. Zschokke, Geschiedkundig tafereel van den tegenwoordigen toestand des Christendoms over den geheelen aardbodem, uit het Hoogduitsch met Aanmerkingen van G.H.M. Delprat, Franek. 1823. 8o.
De Godsdienst naar den Bijbel, Leeuw. 1827. 8o.
Zie Schultz Jacobi en Domela Nieuwenhuis, Bijdrag. tot de geschied. der Evang. Luth. Kerk in de Nederl. St. V. bl. 200-203, 222.