stige vrijheid in Friesland trad hij de politieke loopbaan in en werd van de Friesche Staten in verscheidene gewigtige betrekkingen gebruikt. Zoo werd hij in 1580 naar Groningen en de Ommelanden gezonden, om met de Staten van dat gewest over 's lands veiligheid te beraadslagen. Hij werd door Rennenberg, die kort daarop afvallig werd, gevangen genomen, omdat een bode aan hem, door de Staten van Friesland aan hem afgezonden, door Rennenberg was aangehouden, en deze, uit de brieven van Frankena, gevonden had, dat het bevel over zijne afdeeling aan Barthold Entens was opgedragen. Frankena, het ergste vreezende, was, door het springen uit een venster, ontsnapt. In het volgende jaar werd hij Gedeputeerde uit de Staten van Friesland en met die benoeming, namens Menso Alting, door Dr. Otto Swalue geluk gewenscht. Als zoodanig hielp hij op eene dringende wijze het staatsbesluit nemen tot de oprigting eener Akademie te Franeker, en hij hield bij de oprigting zelve, op den 29sten Julij 1585, in der Staten naam, eene Latijnsche aanspraak, die ons door Winsemius in die taal en door Foeke Sjoerds vertaald is medegedeeld. In 1596 was hij lid
van het gezantschap door de Staten aan Koningin Elizabeth van Engeland gezonden, om over de door haar voorgeschotene gelden, ten behoeve van den gevoerden oorlog, te handelen, en in 1600 ontmoeten wij hem voor het laatst bij de afgevaardigden uit de Algemeene Staten, die het Nederlandsche leger tot Ostende vergezeld hadden, en aldaar het lot van den strijd bij Nieuwpoort verbeidden. Zijn verder levenslot is ons onbekend.
Zie Bor, Ned. Oorl. B. XIV. bl. 166. (185), B XXXIII. bl. 244. (63); Winsemius, Chron. van Friesl. bl. 762, 763; Schotanus, Friesche Hist. bl. 845; Sjoerds, Beschrijv. van Friesl. D. II. bl. 343, 505, 573-575; Engelsma, Volglijst van Pred. onder de class. van Zevenwouden, bl. 247, 248; Ypeij en Dermout, Geschied. van de Herv. Kerk in Nederl. D. II. Aant. bl. 33, 34; (Schuller tot Peursem) Verz. berigt. omtr. de krijgsbev. bij Nieuwpoort. bl. 74.