Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 6

[Freerk Dirks Fontein]

FONTEIN (Freerk Dirks) werd te Harlingen, den 31^sten December 1777, uit een deftig handelsgeslacht geboren en mede voor den koophandel opgeleid. Ofschoon geene geleerde maar nogtans eene hoogst beschaafde opvoeding genietende, waren hem de letteroefeningen eene bron van uitspanning in de uren, die hem van andere bezigheden overbleven. Liefde en neiging tot studie, en belangstelling in alles wat haar betrof, waren heerschende kenmerken van zijn gemoed. Beiden waren zigtbaar in den ijver waarmede hij eene verzameling van ongebruikte stukken tot opheldering der oude geschiedenis van Friesland bijeenbragt, doch in wier bekendmaking door den druk hij door zijnen dood werd verhinderd. Mede blonken die uit in zijne bemoeijingen tot de oprigting van het

Provinciaal Friesch Genootschap ter beoefening der Friesche Geschied-, Oudheid- en Taalkunde in het jaar 1827, waarvan hij verder een ijverig lid en bestuurder was.

Fontein overleed te Harlingen den 28^sten Februarij 1843, en liet eene belangrijke verzameling boeken, plaatwerken en handschriften na, die aldaar in 1847 verkocht werd. Hij werd in 1829 lid van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden. De Heer J. van Leeuwen gaf in het zevende deel van het tijdschrift de Vrije Fries verslag van een handschrift betrekkelijk de Saksische Regering in Friesland, door Fontein zamengesteld, terwijl in het eerste deel der Werken van het Friesch Genootschap, (Leeuw. 1849. 4.), door hem opgemaakte Geslachtlijsten van de Familiën Douwama en Oenema voorkomen.

Zie Handel. van de jaarl. Algem. Verg. van de Maatsch. der Ned. Letterk. te Leiden. 1843, bl. 37-39; van Leeuwen, Cat. der Prov. Bibl. van Friesl., bl. 99, 171; de Vrije Fries, D. VII. bl. 1-40.