[Johan Finus]
FINUS (Johan) of Fyens, geboren te Turnhout, werd opgevoed onder de koorknapen der Hoofdkerk te 's Hertogenbosch, waardoor hij kennis van de muziek kreeg. De geneeskunde werd evenwel zijne hoofdstudie, en, na daarin het doctoraat verkregen te hebben, zette hij zich te Antwerpen neder. Toen deze stad in 1584 door Parma belegerd werd, vlugtte Finus naar Dordrecht, oefende daar de praktijk uit en overleed er den 2den Augustus 1585. Hij schreef:
De flatibus humanum corpus molestantibus commentarius novus ac singularis, in quo flatuum natura, causae et symptomata describuntur, eorumque remedia facili et expedita methode indicantur, Antv. 1582, 8o. ibid. Francof. 1592, 8o. In het hollandsch vertaald onder den titel van:
Verklaringe van de winden, hoe ze het menschelijke ligchaam beschadigen, Amst. 1688, 8o.
De broeder van Johan Finus, Thomas genaamd, was geneesheer en hoogleeraar te Leuven, en maakte zich door de uitgave van een aantal werken bekend.
Zie Foppens, Bibl. Belg. p. 638; van Abkoude, Naamr. van Ned. Boek. D. I. St. III; Biograph. Univ. T. VIII. p. 83.