cius ziet, naar C. de Moor, door P. van Gunst fraai gegraveerd, in folio het licht, en komt ook voor in de Efflgies bij van der Aa. De Engelsche Koninklijke Maatschappij ter voortplanting van het Evangelie in de overzeesche gewesten nam hem in 1726 tot haar medelid aan.
De geschriften van Fabricius, door deskundigen met lof vermeld, zijn getiteld:
Redevoering over eens Christens voorzigtigen ouderdom, Leid. 4o.
Redevoering over de schriftgeleerden, onderwezen in het koningrijk der Hemelen. Leid. 1717. 4o.
Orator Sacer, Lugd. Bat. 1722. 4o. herdrukt ald. 1733. 4o. andermaal, met noten vermeerderd, ald. 1735. 4o.
Heilige Redevoerder, Leid. 4o. 4 stukjes.
De sacerdotio Christi juxta ordinem Melchisedeci, 1720. 4o. In het Holl. vertaald, Leid. 1740. 4o.
Belijdenis Predicatie, of Christen Godgeleerdheid, ontworpen uijt de woorden van den Heere Jezus Christus, Leid. 1723. 4o.
Oratio in natalem centesimum et quinquagesimum Academiae Batavae, quae est Lugduni Batavorum, Lugd. Bat. 1725. fol. et 4o. Door Dirk Smout in het Hollandsch vertaald en te Leiden 1725 4o. met portretten en 5 platen uitgegeven.
Christologica Noachica et Abrahamica, Lugd. Bat. 1727. 4o.
Voorbeeld der gezonde woorden, Leid. 1729. 4o.
Leerrede op de vernieuwde kerk te Hoogmade, Leiden 1730. 4o.
De Fide Christiana Patriarcharum et Prophetarum, Lugd. Bat. 1730. 4o.
Leerreden over Num. XX vs. 25-28, ter bevestiging van Ds. J. van den Honert, Leid. 1734. 4o.
(Met J. van den Honert) Predicatiën en Leerredenen, Leid. en Utr. 1735. 4o.
Theologia Christiana ex solis Christi verbis, Lugd. Bat. 1735. 4o.
Leerreden over 2 Chron. V. vs. 11-14, ter opening der Zuid-Hollandsche Synode te Gorinchem, Gorinch. 1736. 4o.
Kerkelijke Redevoering van Fr. Fabricius over Psalm XXXIV:12-19, openlijk uitgesproken den 24 November des jaars 1737, toen hij zijne jubilé-predikatie deed over zijnen vijftigjarigen dienst in de christen-gemeente, eerst te Velzen, en vervolgens te Leiden, Leid. 1738. 4o.
Acht Academische en Kerklijke Redevoeringen, Leid. 4o.
Geschiedenis der oude Israëlitische Kerk, Leid. 1740. 4o.
Al zijne Latijnsche godgeleerde geschriften kwamen uit onder den titel van:
Opera omnia Philologica, Theologica, Exegetica et Oratoria, Lugd. Bat. 1717. 1738. 4o. 5 tom.
Zie Boekz. der gel. wereld, 1721. b. bl. 640, 1722. a. bl. 619, 744, 1725. a. bl. 238, 1737. b. bl. 713, 1738, b. bl. 97, 215, 355, 619; Saxe,