[Reinold van Brakel]
BRAKEL (Reinold van), uit een oud geslacht van dien naam, welks naam ook Brakell, Braekel of Braeckel geschreven werd en dat zich eerst in Holland, naderhand meest in Gelderland en Utrecht gevestigd heeft, was de derde zoon van Godschalk van Brakel, Raad en Rentmeester-Generaal van Zuid-Holland en Schepen te Dordrecht. Hij moet een moedig Krijgsman geweest zijn, althans wij lezen van hem, dat hij zich dapper gedroeg in het beleg van Dordrecht, door Jan Hertog van Braband in 1418 en in eenen uitval aan den Zuidkant werd gevangen genomen maar na ‘lyfleke gezwoerd te hebben gestaefts eedts ten heilige, dat hi nemer meer doen en soude noch doen tegen sine genadige hertogh van brab.’ ontslagen.
Hij was gehuwd met Jennette Eggert, eene dochter van den vermaarden Willem Eggert, Rentmeester van Holland en eerste Heer van Purmerende, en verwekte bij haar 3 zonen en eene dochter.
Het wapen van hem en zijn geslacht bestaat in een veld van keel, met twee zalmen van zilver.
Zie van Leeuwen, Bat. Ill., bl. 884; van Hoogstraten en Brouërius van Nidek, Groot Algem. Hist. Woordenb., B. bl. 363; te Water, Verb. der Edelen, St. IV. bl. 235; Schotef, Geschied-Letter- en Oudheidk. Uitspann., bl. 57 en 58.