Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 2. Derde en vierde stuk
(1855)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 1128]
| |
in de Godgeleerdheid. Te Antwerpen, alwaar hij woonde, hield men hem, om zijn welsprekendheid en uitlokkende stem, voor een beroemd Godgeleerde en welsprekend Prediker. Als zendeling van den Roomschen stoel naar Denemarken gezonden en met allen ijver aldaar zwoegende om het Lutherdom te keer te gaan, overleed hij te midden van dien arbeid den 21sten November 1634 te Frederikstad. Door hem zijn de volgende schriften nagelaten: Vita S. Dominici, Ordinis Praedicatorum fundatoris, Antv. 1622. 8o. Scholia et animadversiones in Apologiam de vita et morte Joannis Duns, Scoti Ordinis S. Francisci, Colon. 1622. 8o. Defensio fidei Catholicae Apostolicae Romanae, opposita Oppositioni necessariae Joh. Mulleri Lutherani Praedicantis Hamburgensis. Antv. 1631. 8o. Beneficia Fratribus Praedicatoribus D. Virgine collecta. Antv. 1632. 12o. Instructio Sacerdotum ex Hispanico Antonii de Molina Antv. 1618. 8o. Summa Casuum Petri de Ledesma, Ordin. Praedicat. Cathedr. Salmanticensis. ex Hispanica. Zie v(an) H(eussen) en v(an) R(hijn), Kerk. Hist. D. IV. St. III. bl. 94; van Hoogstraten en Brouërius van Nidek, Groot Algem. Hist. Woordenb.; de la Rue, Gelett. Zeel. bl. 292; Tegenwoordige Staat der Vereen. Nederl. bl. 370; de Chalmot, Biogr. Woordenb. |
|