[Steven van Blitterswijk]
BLITTERSWIJK (Steven van), wonende te Leiden, was een dergenen, die ingevolge eene aanschrijving van de Vrouwe Regentesse der Nederlanden, den 11den Mei 1566 door Commissarissen van den Stede van Holland geroepen werd om te verklaren: ‘wat affectie ende genegenheid zij tot den dienst van den Koning hadden; ende of zij gezind waren het met zijne Majesteit te houden, denzelven tegens een ieder te dienen en hetgeen hen wegens zijne Majesteit zal worden bevolen te hooren, alles ingevolge de verpligting van hunnen Leenen en van den Eed, alsmede om te renunciëren van alle de Verbonden, Consideratiën en Obligatiën ter contrarie.’
Het schijnt, dat hij werkelijk voor Commissarissen verschenen is en zich verantwoord heeft.
Zie d'Yvoy van Mydrecht en Beeldsnijder, Verbond en Smeeks. der Nederl. Edelen, bl. 2 en 65, in welk werkje mede het facsimile zijner handteekening voorkomt.