van belangeloosheid en zucht om de zaken zijner meesters te bevoordeelen, door in 1712 eene som van 32,380 guldens, welke hem van tijd tot tijd, onder de benaming van costumados, ten geschenke gegeven waren, in de kas der Compagnie te storten.
Zie Valentijn, Oud- en Nieuw Oostindie, D. V. a. bl. 17-21.