[Johan of Jan Bentinck]
BENTINCK (Johan of Jan), Bentink of Benting, zoon van Hendrik Janszoon, werd bijgenaamd, de Onbescheidene. Hij en zijn broeder onderteekenden, nevens andere Edelen, als leden van den landdag, die in 1436 te Nijmegen gehouden werd, eene overeenkomst, gemaakt tusschen Hertog Arnold van Gelder en de Edelen en Steden, ten voordeele van den lande. Doch in den zoenbrief ter vereffening der geschillen tusschen den Hertog van Kleef en gemelden Graaf Arnoud, vindt men dezen Johan met den gezegden bijnaam, als den vierden in rang der onderteekenaars. Hij had tot vrouw eene dochter uit den huize van Heukelom, en verwekte daarbij twee kinderen Jan en Gerard, die Heer was van een Kasteel, genaamd Bentink, te Gorssel, tusschen Deventer en Zutphen, hetwelk hij en zijne vrouw, als zonder kinderen zijnde, opdroeg aan Dirk Stakebrand.
Zie Slichtenhorst, Gelders. Gesch., bl. 229; van Hoogstraten en Brouërius van Nidek, Groot Algem. Hist. Woordenb.; Luïscius, Algem. Hist. Woordenb.