Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 1
(1852)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 295]
| |
vermoedelijk Grietman van Utingeradeel; doch vóór 1550 moet hij reeds Grietman van Doniawarstal geweest zijn. Immers den 1 Januarij van dat jaar komt hij als zoodanig voor: want toen Filips, daarna Koning van Spanje, dien dag op eenen daartoe bijeengeroepen Landsdag door zijnen vader, Keizer Karel V, tot diens opvolger en erfgenaam voorgesteld en verklaard werd, heeft Gabbe van Andringa als gevolmagtigde hem mede aangenomen en die hooge successie bezworen. Hij overleed den 12 Februarij 1561, en liet eene dochter na. Zijn wapen bestond in een veld van keel met drie klaverbladen van goud. Zie: Te Water, Hist. van het Verbond der Edelen, St. II. bl. 155 in de noot; Mr. H. Baerdt van Sminia, Nieuwe Naaml. van Grietmannen, bl. 343. |
|