Nieuws
De nieuwe titels van oktober 2022
Esteban López (1931-1996) was een dichter en prozaschrijver met een Spaanse vader en een Nederlandse moeder. Van hem komen drie werken beschikbaar: de verhalenbundel Als broer en zuster uit 1965; de romans Tamar’s maan uit 1963 over het leven op Ibiza, waar Lopez zelf ook lange tijd woonde; en De prijsstier uit 1967, die hij presenteerde als ‘schelmenroman’, met deze keer een meisje in de rol van ‘schelm’.
De Belegering van Haerlem (1770) is een treurspel van de hand van Juliana Cornelia de Lannoy. Het historische toneelstuk schenkt veel aandacht aan de rol van Kenau Simonsdochter Hasselaer in de verdediging van Haarlem. Over de scheepsbouwster Kenau ontstond er een sterke legendevorming. Sommige tijdgenoten van Lannoy grepen het verhaal van Kenau aan om kwalijke vrouwelijke eigenschappen aan te klagen. In haar treurspel neemt de Lannoy het op voor Kenau en tracht ze de beeldvorming opnieuw bij te sturen.
Deze maand komen er vijf werken bij van Alfred Kossmann bij. Vier reisverhalen doen hun intrede: Reislust (1963), De smaak van groene kaas (1965), Reisverhaal (1966) en Clownsreis (1967). De reisverhalen van Kossmann houden het midden tussen een reisboek en een autobiografisch essay. Dat Kossman zovele reisbeschrijvingen schreef, hangt samen met een zelfgekozen levenshouding als ‘toerist’. Die houding kenmerkt zich volgens Kossmann in een vrije observatie waarin geen oordeel wordt geveld. Naast de vier reisverhalen komt ook de roman De vrouwenhaters (1968) online.
De Vlaamse toneelschrijver Francis de la Fontaine liet in 1751 zijn Verhandeling over de redenvoering verschijnen, waarin hij, puttend uit Franse en Italiaanse voorbeelden, een impuls wilde geven aan het Nederlands als cultuurtaal die geschikt is voor het Zuid-Nederlandse theater. Daarom gaf hij deze tekst bewust uit in het Nederlands. Hij wilde er vooral de voordracht door de acteurs mee verbeteren.
In Voorlezingen over de Hollandsche taal (1875) is een aantal lezingen van de dichter Willem Bilderdijk gebundeld die hij in 1811 en 1812 hield voor een klein groepje letterkundige vrienden. Bilderdijk spreekt hierin uitgebreid over onder andere de spelling, over de vervoeging van werkwoorden en zelfstandige naamwoorden, maar ook over toon, klank en over ‘den afkeer onzer voorouderen tegen het Hoogduitsch.’
Van de Surinaamse auteur Edgar Cairo komen elf werken beschikbaar, waaronder Lelu! Lelu! Het lied der vervreemding (1984), De doodsboodschapsvogel. Elzaro & Yorkafowru (1986) en De smaak van Sranan Libre (2007), dat in 1982 als hoorspel verscheen en over de Decembermoorden handelt.
Bert Schierbeek was naast dichter ook prozavernieuwer en essayist. Zijn Het boek ik (1951) was bijvoorbeeld een befaamd proza-experiment. Nu worden ook toegevoegd de roman De gestalte der stem (1957), het toneelstuk Een groot dood dier (1963) en de essays De tuinen van Zen (1959) en Een broek voor een oktopus (1965).
Het dubbelspoor uit 1966 is een roman van Lizzy Sara May over een jonge joodse vrouw die niet lang na de oorlog Berlijn bezoekt. May was zelf van joodse afkomst; oorlog en jodendom zijn belangrijke thema’s in haar werk.
Ten slotte worden van dichter en kinderboekenschrijver Hans Andreus de bundel Kinderverhalen (1963) online gebracht en van Mies Bouhuys het kinderboek Kabeltje maakt televisie (1967). Bouhuys liet zich inspireren door de keren dat ze zelf voor de tv moest optreden.