Nieuwsbrief
2 april 2025
Nieuws van DBNL - april 2025
Nieuwe titels van april
Deze maand komt er weer veel moois beschikbaar: van verhalen uit Dalfsen, Den Haag en Curaçao, via educatief toneel uit Vlaanderen, naar een dikke bundel rederijkerspoëzie.
Van volksverhalenverzamelaar Ruben Koman komt Dalfser muggen (2006) online, een bundel met vertellingen uit Overijssel. Koman was werkzaam bij het Meertens Instituut, waarvoor hij in de traditie van J.J. Voskuil op pad ging door heel Nederland om volksverhalen te verzamelen. Hij publiceerde meerdere populair-wetenschappelijke bundels over verhalen uit o.a. Drenthe en Dordrecht. In Dalfser muggen verzamelde hij volksverhalen uit de Overijsselse gemeente Dalfsen, die dorpen als Dalfsen, Hoonhorst, Lemelerveld, Nieuwleusen en Oudleusen omvat.
Jeanne Reyneke van Stuwe werkte van 1905 tot 1925 aan haar immense romancyclus Zijden en keerzijden, waarin ze, geïnspireerd door Emile Zola, een beeld schetste van het Haagse leven. Een andere cyclus was Van Vrouwenleven, van 1921 tot 1926. Uit beide cycli komen nu weer een paar delen online.
Van de befaamde Curaçaose schrijver en dichter Pierre Laufer wordt de verhalenbundel Kuenta pa kaminda uit 1968 toegevoegd. En er komen weer nieuwe jaren bij van de 76-delen tellende Memoires van journalist Willem Oltmans, ditmaal 1996-1997.
Er verschijnen deze maand wat nieuwe Vlaamse teksten op het toneel - en dat is in het geval van de Mechelse Felix van de Sande letterlijk te nemen. De toneelmeester, regisseur en auteur was vooral actief in Brussel, waar hij Nederlandstalig theater promootte als reactie op de verfransing. Na zijn toneelstuk Het vijfde rad van den wagen komt nu ook Geef ons heden ons dagelijksch brood (1870), een educatief drama in vijf bedrijven, online.
Ook Westland, kultureel-letterkundig tijdschrift voor Vlaanderen komt beschikbaar. Dat literaire tijdschrift, onder redactie van Filip de Pillecijn, werd tussen 1942 tot 1944 uitgegeven door ‘Die Poorte’. Omdat de uitgeverij Duitsgezind en collaborerend was, volgt Westland diezelfde teneur, hoewel het initieel onafhankelijk zou blijven. Zo verschenen er onder meer pro-Duitse artikels van Herman van Puymbrouck in het tijdschrift. Wie interesse heeft in oorlogsgeschiedkundige teksten kan nu jaargang 1 en 2 raadplegen.
We eindigen met een muzikale noot. Wie wil, kan nu meezingen met Nederduitse gezangen uit De Heliconsche echo, of wêerklank der rymwerken der Nêerduitse redekamers en bezondere konstminners, uitgegalmt op den 9. en 10. Mey 1700 (1700). Deze bundel verzamelt de poëzie van de dichtwedstrijd van de Brugse rederijkerskamer De Drie Santinnen, georganiseerd ter ere van de Heilig Bloeddag op 9 mei 1700.
Parels uit DBNL: ‘Buiten het gareel’ van Suwarsih Djojopuspito
Op 20 april 1912 werd Suwarsih Djojopuspito geboren in Bogor, een stad op Java, Indonesië. In die tijd heette haar geboortestad nog Buitenzorg en haar land Nederlands-Indië. Het was precies die Nederlandse bezetter die haar als mens, auteur en vrouw op de proef stelde.
Djodjopoespito publiceerde tussen de jaren veertig en zeventig en maakte van dichtbij mee hoe moeilijk de positie van nationalistische auteurs in de Nederlandse kolonie was. Stelde je je kritisch op, dan werd je werk in het beste geval gecensureerd. In het slechtste geval kwam je in een concentratiekamp terecht. Zo verwierp het koloniale regime heel wat Indonesische literatuur. Over die problematiek schreef Djojopuspito haar autobiografische roman Buiten het gareel, met Sulastri en Sudarmo als hoofdpersonages. Sulastri - het evenbeeld van Djojopoespito zelf in de roman - hoopte dat de Indonesische uitgeverij Balai Pustaka haar manuscript in het Sundaas zou uitgeven, maar ze krijgt rood licht.
‘Het was een voldongen feit, dat haar manuscript was teruggestuurd. De hoop op de uitgave ervan, de gedachte haar werk in een vaste vorm gegoten te zien, had haar gedurende twee volle jaren vastgehouden. Nu was die hoop verdwenen en dit te beseffen deed haar pijn. Blad voor blad ging Soelastri het manuscript door, herkende haar eigen schrift en dacht aan zoveel herinneringen, die eraan verbonden waren: het ontstaan ervan, de inkt en het papier die ze van haar laatste centen had gekocht. Ze dacht aan de uren van nachtelijke arbeid, wanneer zij en haar man elkaar aflosten bij het overschrijven; dan het verzenden; de verzendkosten natuurlijk weer met moeite van hun armoe afgehouden. Ze waren toen zo arm.. Ach, waartoe die herinneringen? Te pijnlijk en beschamend.’
Daarom herschrijft Sulastri haar boek, dit keer in het Nederlands. Ook in het echte leven schreef Djodjopuspito Buiten het gareel in het Nederlands en werd het in Nederland uitgegeven. Dat maakt de roman een van de weinige Nederlandse werken van een Indonesische auteur. Toch kende het destijds weinig succes.
Naast verzet tegen de Nederlandse overheersing, gaat Buiten het gareel ook de feministische thematiek niet uit de weg. Sulastri en Sudarmo hebben het koloniale regime als gemeenschappelijke vijand waar ze samen tegen strijden. Toch liep ook hun huwelijk niet altijd van een leien dakje. Sulastri voelt dat Sudarmo’s noden vaak voorrang krijgen. Het regime cijferde haar weg, en daarnaast cijferde ze zichzelf weg voor haar man. Toch bleef Sulastri zich inzetten voor vrijheid en gelijkheid, net als haar auteur. Ook Djodjopuspito zelf bleef haar hele leven strijden voor rechtvaardigheid, zelfs na de Indonesische onafhankelijkheid. Maar dat had een duur prijskaartje: haar echtgenoot en zij stierven uiteindelijk eind jaren zeventig in armoede.
Met haar feministische verzetsroman vestigde Djodjopuspito zich als een van de eerste vrouwelijke Indonesische schrijvers wier werk de staatsuitgeverij Balai Pustaka publiceerde. Zo maakte ze de droom van haar hoofdpersonage waar.
Lees het verhaal van Sulastri en Sudarmo - of Suwarsih en Sugondo - hier op DBNL.
Amber Geudens is stagiair communicatie bij de Vlaamse Erfgoedbibliotheken.
Soewarsih Djojopoespito, Buiten het gareel. W. de Haan / Vrij Nederland, Utrecht / Amsterdam, 1946 (tweede druk).
Lees meer over Buiten het gareel op Literatuurgeschiedenis.org.