Zangen, ter gelegenheid van de algemeene vergadering der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen, op dingsdag, den 8sten augustus, 1826
(1826)–Willem Hendrik Warnsinck– Auteursrechtvrij
[pagina 4]
| |
DUO.
A. Het zonlicht spreidt van Ganges boorden
Zijn' gloed tot in den nacht van 't Noorden,
Bij 't krieken van den morgenstond.
B.
Maar schooner dag is aangebroken:
Het licht, door jezus leer ontstoken,
Omstraalt geheel het wereldrond.
A.
De dagtoorts moge in 't westen zinken,
Toch blijft voor ons haar weêrglans blinken
In 't zachter licht der zilvren maan.
B.
Maar 't licht, gedaald uit hooger kringen,
Blijft de aarde met zijn' glans omringen;
Dat licht zal nimmer ondergaan.
A. en B.
Alle volken en geslachten,
Zuid' en Noorden, zijn hier één;
Jezus Godsdienst is voor de aarde,
De eeuwen door, in doel en waarde,
Godsdienstleer voor 't algemeen.
KOOR.
Jezus Godsdienst is voor de aarde,
De eeuwen door, in doel en waarde,
Godsdienstleer voor 't algemeen.
ARIA.
Alom op aard', waar ook Gods kindren wonen,
En jezus naam op dankbre lippen zweeft,
Dáár is zijn leer, in hutten en op troonen,
De bron des heils, die de aarde 't leven geeft:
Aan elk, wiens pad geen distel kweekt of doren,
Aan elk, die hier van smart en weemoed schreit,
Is de eigen vreugde en de eigen troost beschoren,
En één de weg, die hen ten hemel leidt.
| |
[pagina 5]
| |
KOOR.
Godsgeschenk, gedaald van boven,
Licht der wereld, Christendom!
Spreid uw' heldren glans alom;
Dat u alle volken loven!
Allen schenkt gij licht en kracht: -
Vader! voor die gift van boven
Zij U 't loflied toegebragt!
|
|