Mijne porte-feuille(1828)–Js. M. Pfeil– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] Karel aan Suze. wijze: Lorsque dans un tour obscure. Ach, waar ben ik! in wat wereld, Meisje! sinds ge mij verliet? 'k Schreef u reeds tot tweemaal brieven, Gij ontvingt ze? en antwoordt niet! Is 't een afgesproken werkje, Met den vriend, waar gij logeert! Dan, ik zal hem eeuwig haten, Als hij u die grappen leert. 'k Wil geen brief, u ooit weer schrijven, Als ge mij de ontvangst niet meldt, 'k Heb, voor deze keer, mijn meening, In een liedjen opgesteld. Maar, ik dwaze! ik schrijf u alles, 'k Stort mijn vollen boezem uit, Duizend vellen zou ik vullen, Ach! en lok geen weêrwoord uit. [pagina 28] [p. 28] Fluks aan 't schrijven, dierbaar meisje! Immers hebt ge uw Karel lief! Neen, zoo hijgt geen visch naar 't water Als ik arme! naar een brief, Maar zoo gij mijn droefheid kendet, Meisje! sinds ge mij verliet, O! dan vloogt gij in mijne armen, Kom toch, Lieve! schrijf mij niet! Vorige Volgende