De tweede nieuwe overtoomsche markt-schipper, of Durkerdammer kramer. Beladen met liederen
(1840)–Anoniem De Tweede Nieuwe Overtoomsche Markt-Schipper, of Durkerdammer Kramer. Beladen met Liederen– Auteursrechtvrij
[pagina 6]
| |
Wie kan haar invloed wederstaan,
Geen mensch, geen mensch, geen mensch.
2.[regelnummer]
De vriendschap neemt de harten in,
Nooit heeft ze een stuurs gelaat,
Zij is de zuster van de min,
Zij schuwt de twist en haat;
Ze is altijd vergenoegt van geest,
Men roemt haar op dit vrolijk Feest,
Met zang, met zang, met zang.
3.[regelnummer]
De vriendschap mint gezelligheid,
Men vindt haar nooit alleen,
Zij zelfs heeft deze disch bereid,
Zij bragt ons hier bijeen;
Elk roept dan uit met hart en mond,
'k Verzoek uw vriendschap in het rond,
In 't rond, in 't rond, in 't rond,
4.[regelnummer]
O zoet Gezelschap! dat met vlijt,
Opregte vriendschap eert,
Wij wenschen dat nooit twist of nijd,
Deez' zoete vriendschap keert;
Maar dat door vaster band ons hert,
Vereenigt en onscheibaar werd,
Hoezee, hoezee, hoezee.
5.[regelnummer]
Men vat dan frisch den beker aan,
En klinkt te zaâm in 't rond,
Ten spijt van die ons wederstaan,
Wij haten valsche grond,
Spotten met alle dwang'landij,
En juichen onvermoeit aan 't Y,
Met vreugd, met vreugd, met vreugd,
6.[regelnummer]
Elk neemt het glaasje in de hand,
En biedt zijn vriendschap aan,
Men schenkt het vol tot aan den rand,
't Mag op de vriendschap staan;
| |
[pagina 7]
| |
Wij drinken 't op de vriendschap uit,
Dat niets de gulle vriendschap stuit,
Geen ding, geen ding, geen ding.
7.[regelnummer]
Dat raakt ons hart dat doet ons goed,
Wij doen dat nog een reis,
Wat is de gulle vriendschap zoet,
Dat elk met ons haar prijs;
Zij is het voedsel van de deugd,
Die ons gestadig 't hart verheugd,
Zoo blij, zoo blij, zoo blij.
8.[regelnummer]
Nog eens tot slot dan kan 't bestaan,
Drie maal is de regte trant,
Eer wij van deze disch afgaan,
Biedt elk nog eens de hand,
Men roept elkander toe in 't rond,
Leef lang, gelukkig en gezond,
Veel heil, veel heil, veel heil!
|
|