Princesse Liet-boec
(2007)–Willem Reyers de Lange, Anoniem Princesse Liet-boec– Auteursrechtelijk beschermd[Canace en Macharus] [vertaling][melodie]Canace schrijft tot Macharus,Ga naar voetnoot481 Op de stem
O Venus Jent.
SChoon lieff minjoot/Ga naar voetnoot482
Ick wensch u groot
Vrede seer bloot / die ick moet dervenGa naar voetnoot483
Hoort dit explootGa naar voetnoot484 / ick sal door noot
Met die wreede doot / mijn hert deurkerven /Ga naar voetnoot485
Broeder expaert / mijn Vaders aertGa naar voetnoot486
Heeft my verclaert / seer onvervaertGa naar voetnoot487
Ghebracht een swaert // my te doen sterven.
Schoon lief playsant / seer triumphantGa naar voetnoot488
Al door dit pant / moet ick oorcondenGa naar voetnoot489
Seer en playsant / heb ick tis schantGa naar voetnoot490
Tswaert inde handt / my te doorwonden /
Ons kint seer soet / dat jonge bloet /
Helaes dat moet / al metter spoet
Legghen verwoet / al voor die Honden.Ga naar voetnoot491
Ick treur en sucht / ick ben beduchtGa naar voetnoot492
Ghy zyt ghevlucht / comt my te voren
O groot gerucht / gantsch geen ghenuchtGa naar voetnoot493
De jonge vrucht / die moet versmoren /Ga naar voetnoot494
O Venus vuer / vol swaer doluer /Ga naar voetnoot495
T'lijden is suer / van u natuer
Ick vervloeck de uer / die ick ben gheboren.
Och mijn ellent / Susters absentGa naar voetnoot496
Sijt dit bekent / en wilt verbeydenGa naar voetnoot497
Een beter ent / u trou seer jentGa naar voetnoot498
Wilt die present / doch niet verspreydenGa naar voetnoot499
Neemt hier op acht / wat ick verpachtGa naar voetnoot500
Mijn groote clacht / doen ick onsacht
Want Joncheyts cracht doet my verleyden.
Prince.
Prince dees strijt / wil ick met vlijt
T'is meer dan tijdt / wat wil ick staken /Ga naar voetnoot501
| |
[pagina 29]
| |
Ick bidt subijt / sonder respijtGa naar voetnoot502
Barmhertich zijt / voor alle saken:
Ende mijn leen / voor allen reenGa naar voetnoot503
Brenghen by een / ons kint seer cleen
Een graff gemeen / wilt voor ons maken.Ga naar voetnoot504
Macharus antwoort tot Canace op de stemme
Schoon lief playsant.
NOyt meerder pijn / o God verhoort toch mijn
Mijn suster en lieff fijn
Is nu in groot beswarenGa naar voetnoot505
Venus u schijn / is bitter als fenijn /Ga naar voetnoot506
Want door u ic verdwijn / dit moet ic openbaren
O onsalich Wijf / door dit quaet bedrijfGa naar voetnoot507
Soo ist dat ick blijff / vol doloreuse smertenGa naar voetnoot508
Ons vader stijff / door so quaet bedrijfGa naar voetnoot509
Sal berooven vant lijff / drie onnoosele herten /Ga naar voetnoot510
Ick claech mijn leet / tot u die sulcks weet /
O Venus seer wreet / dat ghy ons soo doet minnen
Is hierom t'secreet/Ga naar voetnoot511
Dat Paris wyt en breet /Ga naar voetnoot512
D'een Princesse heet / boven alle goddinnen:Ga naar voetnoot513
Ghy hadt meer eer / hadt gy ons jonc en teer
Niet int verseer / gebracht met uwe schichtenGa naar voetnoot514
Twas ons begheer / dat weet wel Godt den HeerGa naar voetnoot515
Dat ghy u keer /Ga naar voetnoot516
Naem om ons te verlichten.Ga naar voetnoot517
Want het verstant / dat beswijct my de hantGa naar voetnoot518
Droefheyt is gheplant / door al mijn Jonghe leden
Ick sal zijt bekantGa naar voetnoot519
U volghen triumphantGa naar voetnoot520
Dan sal mijn gheest playsant / o lief eerst zijn te vredenGa naar voetnoot521
Suster getrou / Die ick voor myn lief hou /
Peynst hoe ick sou / eenige troost verwerven
Want ghy zyt vol rou /
Als een bedruckte vrou / ick sal Kersou /Ga naar voetnoot522
Met u oock liefflick sterven.
Prince aenhoort / ghy schrijft my rechte voortGa naar voetnoot523
Dat ick zeer ongestoort
Met tranen sal begieten.Ga naar voetnoot524
| |
[pagina 30]
| |
Tot u confoort // mijn bloedt hoort nae mijn woort.Ga naar voetnoot525
Op t'Lichaem versmoort / sal ic het uyt doen vlieten /Ga naar voetnoot526
Die leden van ons kint // sal ic ver en ontrint /Ga naar voetnoot527
By u reyn lief bemint / in een graf doen sluyten /
Dan sal ick dit versint /Ga naar voetnoot528
In liefden seer verblint /
Als u oprechte vrint /
Mijn bloet oock uyt doen spruyten.
|
|