| |
| |
| |
| |
Rudolph Peter Johann Tutein Nolthenius
6 Juni 1851 (Koppelrust bij Abcoude) - 30 November 1939 (La Tour de Peilz, canton de Vaud, Zwitserland).
Rudolph Peter Johann Tutein Nolthenius was de eenige zoon van Mr. Dr. Peter Marius Tutein Nolthenius en Johanna Koopmans. Na de Hoogere Burgerschool te Deventer bezocht te hebben, begon hij in 1868 zijn studie voor civiel ingenieur aan de (toenmalige) Polytechnische School te Delft; het ingenieursdiploma verwierf hij 1872. Zijn eerste werk had betrekking op den aanleg van spoorwegen; daarna, sinds zijn benoeming tot aspirant-ingenieur van den waterstaat in 1874, is zijn ingenieurswerkzaamheid vrijwel uitsluitend van waterbouwkundigen aard geweest (verlegging van den Maasmond, verbetering van het Apeldoornsche kanaal, enz.). In 1876 werd Nolthenius bevorderd tot ingenieur 3de klasse, in 1888 tot ingenieur 2de klasse, in 1894 tot ingenieur 1ste klasse, ten slotte in December 1901 tot hoofdingenieur-titulair, waarna met ingang van 1 Jan. 1902 op zijn verzoek eervol ontslag volgdeGa naar voetnoot1. Gedurende zijn ingenieursloopbaan woonde hij met zijn gezin achtereenvolgens te Bloemendaal, 's-Hertogenbosch, Zutphen en Haarlem. Op den datum, waarop zijn ontslag inging, werd Nolthenius als beheerend vennoot opgenomen in de firma Tutein Nolthenius en De Haan te Amsterdam, die in 1903 met de firma H. Oyens en Zonen werd vereenigd; hij vestigde zich toen te Amsterdam, maar lang zou het verblijf aldaar niet duren. Den 1sten Juli 1909 trad hij uit de firma, aangezien deze werkkring hem geen bevrediging schonk en nadien heeft hij geen ambt of betrekking meer bekleed. Hij bracht vele jaren al reizend door, voornamelijk in Scandinavië, Engeland, Italië, Zwitserland en Noord Afrika om zich ten slotte in 1920 metterwoon te vestigen in La Tour de Peilz, niet ver van Montreux.
Nolthenius is tweemaal gehuwd geweest, de eerste maal (1880) met zijn nicht Alieda Maria Tutein Nolthenius, die hem drie kinderen schonk; haar moest hij in 1910 door den dood verliezen. Ten tweeden male (1920) met Lilas Goergens.
Nolthenius is in veel opzichten een zeer merkwaardig man geweest.
| |
| |
Kenmerkende eigenschappen voor zijn persoonlijkheid waren: een wijdvertakte belangstelling, een uitermate vlug begrip en vermogen om zich snel in een of ander onderwerp in te werken, een behoefte over alles wat hij bestudeerde niet alleen, maar ook over velerlei, wat hij in zijn lang leven opmerkte, te schrijven, ten slotte een schier ongelooflijke werkkracht en werklust.
Nolthenius' belangstelling strekte zich veel verder uit dan men van een ingenieur van den waterstaat zou verwachten. Hoewel ingenieur en technicus in de eerste plaats, gevoelde hij niet de behoefte al zijn tijd en werkkracht aan de techniek te besteden. Concentratie op één onderwerp, op één tak van wetenschap lag niet in zijn aard, onbeschroomd sloeg hij zijwegen in, ook al leidden deze naar streken, ver verwijderd van de ingenieurswetenschap. Een blik op de bibliographie zal dit verduidelijken, want hij schreef met een merkwaardig vlugge en wel versneden pen, over alles wat hem interesseerde, artikelen in vele tijdschriften, week- en dagbladen, voorts brochures en enkele boeken. Een bonte verzameling inderdaad, deze bibliographie. Men vindt er bijdragen over technische en sociaal-technische onderwerpen, veel over onderwijs (hooger, middelbaar, lager- en vakonderwijs), over tentoonstellingen, over politiek, over sociale onderwerpen, over schoone kunsten en letterkunde, over geschiedenis, over zijn reizen in Amerika en Europa, alleen niet over ...... Latijn, wat men toch zou verwachten, want deze ingenieur had zich geheel door eigen studie ontwikkeld tot een voortreffelijk Latinist, die Horatius, Juvenalis en Lucanus goed kende en betrekkelijk gemakkelijk las, om van vele andere meer gelezen en gemakkelijker te lezen prozaschrijvers en dichters niet te spreken. Kon nu, is men geneigd te vragen, één man al deze onderwerpen zóó beheerschen, dat hij daarover even zaakkundig als een doorkneed vakman kon schrijven? Stellig niet. Bladerend in zijn geschriften vindt men hier en daar onjuistheden, ongemotiveerde generaliseeringen, te haastige conclusies. Maar hoeveel goeds en oorspronkelijks daarnaast! Het was Nolthenius er niet om te doen de vaklieden in detailkennis te evenaren of voorbij te streven, hij wilde critiek leveren op misstanden, prijzen, waar geprezen moest worden, de aandacht vestigen op zaken, die meer belangstelling verdienden. En dit gelukte hem wonderwel. Hij stond veelal buiten de vakkringen waarover hij schreef en dit was dikwijls een voordeel. Welk een oorspronkelijken kijk, welk een frisschen geest en geestigheid ontmoet men in zijn geschriften, eigenschappen, die ruimschoots goedmaken, wat hem aan detailkennis mocht ont- | |
| |
breken. Men versta mij intusschen wel: vluchtig en oppervlakkig geschrijf was het allerminst, integendeel. Nolthenius' geschriften waren bijna steeds de vrucht van ernstige studie, goed gedocumenteerd, zorgvuldig gestileerd, al mag hier niet worden verzwegen, dat zijn Nederlandsch taalgevoel in zijn latere levensjaren achteruit ging, misschien door veel Fransch te lezen. Natuurlijk is niet alles van gelijke waarde, sommige geschriften zijn beter gedocumenteerd, ernstiger doordacht dan andere, het eene is thans meer verouderd dan het andere, maar ik meen niet te overdrijven wanneer ik beweer, dat er nog menig artikel in de bibliographie te vinden is (b.v. over onderwijs), dat op dit oogenblik weinig of niets aan actualiteit heeft ingeboet. Zeker is het, dat talrijke artikelen in den tijd van hun verschijnen sterk de aandacht hebben getrokken, hevig zijn bestreden of hoog zijn geprezen, en dit zegt veel.
Het is in dit bestek natuurlijk onmogelijk in bijzonderheden alle geschriften van Nolthenius de revue te laten passeeren. Maar wel willen wij iets zeggen over enkele boeken van zijn hand. ‘Nieuwe wereld’, indrukken van een reis door Amerika in 1899, verschenen in 1900, beleefde in 1902 een tweeden druk. Het boek bevat, naar Nolthenius' aard, allerlei schetsen over land en volk, over negers, Indianen en Mormonen, beschrijvingen van bezoeken aan scholen, bibliotheken, universiteiten, fabrieken, technische werken en aan het Yellow Stone Park. Dit boek werd indertijd veel gelezen, het sprak tot het lezend publiek, waarschijnlijk niet zoozeer omdat er geen dergelijke boeken zouden zijn, litterair beter en wetenschappelijk grondiger, doch omdat men voelde, dat hier een begaafd man aan het woord was, een man met een oorspronkelijken kijk op wat hij zag en die zijn denkbeelden op frissche en goed leesbare wijze wist voor te dragen.
Verreweg zijn omvangrijkste werk en zeker een van zijn belangrijkste geschriften is ‘Het Geslacht Nolthenius’, in drie lijvige quartijnen, een met groote liefde geschreven werk, vrucht van vele jaren studie en uitgebreid archiefonderzoek, zeer breed opgezet en uitgewerkt, waarin Nolthenius niet alleen zijn voorvaderen in hun doen en laten beschrijft, maar tevens de tijden schetst waarin zij geleefd hebben. Vooral de beschouwingen over het economisch leven te Amsterdam in de vorige eeuw verdienen alle aandacht.
Het spreekt vanzelf, dat een man van initiatief, van organisatorisch talent en werkkracht als Nolthenius was, vele meer en minder belangrijke bestuursfuncties heeft vervuld en zich veel in het openbare leven heeft
| |
| |
bewogen. Dit alles op te sommen zou geen zin hebben, doch het een en ander, nauw verband houdend met Nolthenius' litteraire werkzaamheid, dient hier vermeld te worden.
Twee en twintig jaar, van 1897 tot 1919, is hij redacteur van de Gids geweest en dit redacteurschap is zeker de reden geweest, waarom hij talrijke en daaronder van zijn beste en uitvoerigste studies in dit tijdschrift heeft gepubliceerd. In een bijdrage, afgedrukt in het Jaarboek 1936-1937 van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde, heeft Nolthenius zijn herinneringen aan de Gidsredactie van 30, 40 jaar geleden te boek gesteld; hij leidt ons daar binnen in den kring der oude Gidsredactie, bij Van Hall, Bijvanck, Van Hamel, Hubrecht, Kalff, Molengraaff, Johan de Meester en anderen en gunt ons een blik in de redactievergaderingen in dien tijd.
In 1898 werd Nolthenius gekozen tot lid der Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. Hoewel hij de maandelijksche vergaderingen waarschijnlijk slechts zelden heeft bijgewoond, hoogstens nu en dan een jaarvergadering, heeft hij steeds levendig belang gesteld in alles wat de Maatschappij betrof. Versterking van wat men zou kunnen noemen de ‘techniek in de letterkunde’ ging hem aan het hart en dikwijls spoorde hij dezen en genen aan, zijn stem uit te brengen op een technicus-litterator. Een zeer uitvoerig levensbericht van wijlen Ir J.C. Ramaer, verschenen in het jaarboek 1932-1933 heeft indertijd de aandacht getrokken en wordt nog in technische kringen als een document van blijvende waarde beschouwd.
Eénmaal, in 1905, heeft Nolthenius zich op het gebied der politiek bewogen, toen hij, geen bevrediging vindend in de bestaande stroomingen en partijen, heeft getracht een nieuwe partij op te richen en den kamerzetel van Zutphen aan H. Goeman Borgesius te betwisten. Zijn streven heeft geen succes gehad, waarschijnlijk tot zijn eigen heil. Hij was geen man voor de politiek.
Tracht men zijn werkzaamheid en zijn publicistisch werk te overzien, dan treft ons meer de breedte en de veelzijdigheid dan de diepte. Zijn leven is er echter stellig rijker door geworden en hij zal er hoogere bevrediging in gevonden hebben dan enge vakstudie hem ooit had kunnen schenken. Zijn geaardheid was niet die van een geleerde, eerder die van een modernen humanist. Inderdaad vindt men in Nolthenius' werk zoowel als in zijn karakter Erasmiaansche trekken: veelzijdigheid, kritische geest, strijdvaardigheid en schrijflust. In sommige opzichten was Nolthe- | |
| |
nius conservatief, in andere zeer vooruitstrevend, hij bezat een teer gemoed, een groote liefde voor al was jong en jeugdig was. Soms was hij eenigszins stroef in den omgang, dan weer hartelijk en spraakzaam met levendigen zin voor humor, wanneer hij wist op begrip en sympathie te kunnen rekenen.
Nolthenius' taak is thans geëindigd, hij is de eeuwige rust ingegaan. Op een leeftijd, dien slechts zeer enkelen bereiken is hij na een ongesteldheid van weinige dagen den 30sten November 1939 te La Tour de Peilz aan het meer van Genève in zijn tweede vaderland Zwitserland gestorven; eenige dagen later is hij op het kerkhof aldaar ter ruste gelegd. Zijn tot op hoogen leeftijd altijd even levendige, frissche, kritische geest is uitgebluscht, zijn hand, die de vaardige en vruchtbare pen voerde, is verstijfd, maar de herinnering aan zijn karakteristieke persoonlijkheid zal bij allen, die hem hetzij van nabij, hetzij oppervlakkig gekend hebben, blijven voortleven.
C.A. Crommelin
| |
Lijst der geschriften
I. Boeken
1883 | Verslag over de waarnemingen in de Noordzee omtrent de stroomen langs de Nederlandsche kust in de jaren 1880-1882 (met H. Bertelot Moens). Ministerie van Waterstaat, Handel en Nijverheid, 1883. |
1898 | De Duitsche ongevallenverzekering in de praktijk. Haarlem. |
1902 | Nieuwe Wereld. Indrukken en aanteekeningen tijdens een reis door de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, Haarlem, 1ste druk 1900, 2de druk 1902. |
1905 | School en Leven (herdruk van artikelen in de Gids en andere tijdschriften, één artikel voor het eerst gepubliceerd). Haarlem. |
1908 | Grootmoeder. Brieven en bescheiden betreffende Julie Tutein Nolthenius, geboren Tutein. Amsterdam, (niet in den handel). |
1914 | Het Geslacht Nolthenius (Tutein Nolthenius). Haarlem, deel I 1914, deel II 1930. |
1927 | Wegbereiders. Mevrouw De Staël en hare ouders (herdruk van Gidsartikelen). Haarlem. |
| |
II. Brochures
1880 | Watervrede. Openbaar schrijven aan allen, die bij doorbraak van Noorder- of Zuiderlekdijk langs den Gelderschen IJssel schade zullen lijden. Amsterdam. |
1883 | Ingenieurs en steenbakkers. De verzoekschriften tot wering van basalt op Rijkswerken en de pogingen tot wijziging van het baksteenformaat. Zutphen. |
1887 | Broodeloos. Hoe den ouden dag te verzekeren van ambtenaren, die niet in een pensioenfonds deelen. Beschouwingen naar aanleiding van het begrootingsvoorstel tot het verleenen van onderstand aan gewezen ambtenaren bij de aanleg van Staatsspoorwegen. Zutphen. |
1901 | Lente in de politiek. ‘Een nieuwe lente en een nieuw geluid’. Zutphen. |
1902 | Andries Carnegie (Mannen van beteekenis). Haarlem. |
| |
| |
1903 | Wat moet de Middenstand doen inzake Gemeentebedrijven? Amsterdam. |
1904 | Theodoor Roosevelt, de man der tien geboden (Mannen van beteekenis). Haarlem. |
1905 | De stille stem. Waarom moeten de ware liberalen Dr. Kuyper stemmen? Een ernstig woord aan alle huisvaders. Zutphen. |
1912 | Wat is volkskunst? Hoe kunnen wij die bevorderen? Delft. |
1914 | Volkskunst als Heemschut. Opwekking tot het wederinvoeren van den handenarbeid in de huiskamer en wat daarvan de gevolgen zullen zijn voor jong en oud. 's-Gravenhage. |
1921 | Opvoedend volksrecht. I: Referendum en initiatief. Amsterdam, 1919. II: Democratisch Zwitserland. Amsterdam. |
| |
Technische onderwerpen.
1878 | Klepbruggen te Kopenhagen: Tijdschrift v.h. Kon. Instituut v. Ingenieurs. |
1880 | De Groene Rivier: Tijdschrift v.h. Kon. Instituut v. Ingenieurs. |
1880 | De Groene Rivier Langs de Lek: Nieuws v.d. Dag. 18 April. |
1883 | De Rotterdamsche Waterweg: De Gids. Maart, April. |
1885 | Verslag der Cie. tot voorbereiding: Orgaan? Vereen. Burg. Ing. |
1885 | Moet de brug over den nieuwen Maasmond te Heusden of te Keizersveer gelegd worden? Keizersveer is beter: Dagblad v. Zuid-Holland en 's-Gravenhage, 16 Oct. |
1886 | Oudere stroommetingen op den onverdeelden Rijn en op zijne takken: Tijdschrift van het Kon. Inst. van Ing. |
1886 | De Afsluiting der geheele Zuiderzee: De Ingenieur. 2 Jan. |
1886 | Gemeentereiniging (vervolg op blz. 26, 50; replieken; dupliek blz. 84): De Ingenieur, 9 Jan. |
1886 | Gemiddelde hoogte van den Zeespiegel, vervolg blz. 267: De Ingenieur, 29 Mei. |
1886 | Afvoermetingen van Generaal Coehoorn, 5 Juni: De Ingenieur. |
1886 | Onze Westelijke nabuur, De Noord-zee: De Gids, Mei. |
1886 | (Ongeteekende) uittreksels uit tijdschriften: Allgemeine Bauzeitung. 8; Annales des Ponts et Chemins: 7, 25, 74, 122, 212, 245; Centralblatt für Bauverwaltung 16, 25, 61, 74, 140, 154, 213, 230, 246, 255; L'Illustration. 16; De Natuur. 25, 61, 141, 214; Scientific American. 16, 61, 86, 154, 246; Mittheilungen Techn. Versuchsanstalten Berlin 187; Overzichten van bestekken. 86, 96, 122, 141, 170, 200, 222, 233; Overzichten vonnis J. Binnenlandsche berichten [over Maasmond] 156, 223. |
1890 | Report on the Abermenai breach: The Herald (Carnarvon). |
1891 | Hollandsche dijken op franschen grondslag: De Gids, October. |
1892 | Meren en moerassen in vorige eeuwen in Frankrijk door Nederlanders drooggelegd: Tijdschrift van het Koninklijk Instituut v. Ingenieurs. |
1894 | Uit notulen der Instituutsvergadering van 9 Febr. 1892. blz. 116-127. Notice sur la profondeur de la Meuse supérieure. Guide programme. Excursion du 31 juillet. Internationaal scheepvaart Congres te 's Gravenhage. |
1894 | Een nabij Heusden volgens het Monier-stelsel gebouwde duiker: Tijdschr. van het Kon. Instituut v. Ingenieurs. |
1894 | In bijlage 5, verlegging van den Maasmond (aardwerken): Jaarboekje van het Tijdschr. van het Kon. Instituut v. Ingenieurs. |
1895-'96 | Belastingproeven met Monierplaten: Tijdschr. van het Kon. Instituut v. Ingenieurs, blz. 4-36. |
1895 | In bijlage P: Monier-stelsel: Jaarboekje van het Kon. Instituut v. Ingenieurs. |
1896 | Fene min-kostbare verbetering van het Noord-zee kanaal door verruiming door vaartopening der bestaande bruggen: De Ingenieur, 7 Maart. |
| |
| |
1896 | Is de winning van natuurlijk gas gevaarlijk voor ons polderland?: De Ingenieur, 9 Mei. |
1896 | De Nieuwe Rijn: December. De Gids. |
1897 | Het Waterstaatsbudget der laatste 59 jaren: Gedenkboek van het Kon. Instituut v. Ingenieurs. |
1897 | Beproeving van een Monierplaat: Tijdschr. van het Kon. Instituut v. Ingenieurs. Uit notulen der vergadering van het Kon. Instituut v. Ingenieurs 13 April, blz. 102-107. |
1898 | Portes à un seul vantail de l'écluse d'Andel: Internationaal scheepvaart-Congres te Brussel. |
1898 | Gas of electrisch licht?: Zutphensche courant, 18 Juli. |
1898 | Het derde middel: Zutphensche courant, 18 Nov. |
1898 | Worstelend Zeeland, I: De Gids, Dec. No. 12. |
1898 | Inleiding op vergadering betreffende de Gaskwestie: Zutphensche courant. 19 Dec. |
1898 | De Gaskwestie: Zutphensche courant, 14 Febr. |
1899 | Oost en West: De Gids, Januari. |
1899 | Het Utrechtsche gas: Zutphensche courant, 14 Febr. |
1899 | Overzicht van het verhandelde in de 3de sectie (Benedenrivieren en Zeekanalen) van het Scheepvaartcongres te Brussel 1898: Verhandelingen van het Kon. Inst. v. Ingenieurs. blz. 72-79. |
1899 | Het solo-bestek geen klucht: De Gids, Maart. |
1899 | Worstelend Zeeland II: De Gids, April. No. 4. |
1899 | Baggermaterieel voor Argentinië: De Ingenieur, 9 Sept. |
1900 | Technische aanteekeningen tijdens een bezoek aan de Vereenigde Staten van Noord-Amerika. Uit de notulen der vergadering van het Kon. Inst. v. Ingenieurs van 13 Febr. blz 79-96. |
1900 | Influence des travaux de régularisation sur le régime des rivières: Internationaal scheepvaart Congres te Parijs. |
1900 | De nieuwe Zuiderhaven en het Hoornwerk: Zutphensche courant, 2 Juli. |
1900 | Onze gasfabriek: Zutphensche courant, 23, 27, 28 Sept., 19 Oct. |
1901 | Brief over voordeel getrokken uit Amerikaansche reis [F.G. Waller]: Tijdschrift v. Maatschappij v. Nijverheid, Febr. |
1902 | Over de geheimhouding der rapporten van de scheefgezakte gashouder: Zutphensch dagblad, 12 Juli. |
1902 | Weerlegging beschuldiging Wethouder Klaassen: Zutphensch dagblad, 23 Juli. |
1902 | Verslag van de Commissie, belast met het onderzoek naar de meest gewenschte hoogte van de nieuwe spoorwegbrug over het Noordzee-kanaal nabij de Hembrug. Ministerie van Waterstaat, Oct. |
1903 | De afvoerverhoudingen der Rijntakken en het verzandingsvraagstuk: Sluitingszitting van het 9de Ned. Natuur- en Geneeskundig Congres te 's Gravenhage, 18 April. |
1903 | Een dreigend gevaar voor de IJsselstreken: Nieuwe Zutphensche Courant, 5 Dec. |
1904 | Een Zutphensch belang in gevaar: Nieuwe Zutphensche Courant, 26 Maart. |
1904 | De drie Maasmond-ontwerpen: De Ingenieur, 20 Aug. |
1904 | Adjunct ingenieurs vergeten in de beschrijving van den Maasmond: De Ingenieur, 3 Sept. |
1907 | Over eenige verschijnselen waargenomen bij zeedijken in Zeeland bij den stormvloed van 12 Maart 1906: De Ingenieur, 2 Maart. |
1908 | Raden van bijstand voor de rivieren: De Ingenieur, 9 Mei. |
1908 | Van de Friezen van Groot-Friesland: De Gids, Aug. blz. 206. |
1910 | De ontsluiting van de Bodensee en het bevaarbaar maken van den Boven-Rijn tusschen Konstanz en Basel: De Ingenieur, 23 Juli. |
| |
| |
1911 | De eigenlijke oorzaak van Amsterdam's opkomst: Algemeen Handelsblad, 7 Maart, ibid., 21 Maart. |
1913 | Westerstranden: De Gids, Maart. Mei. No 3. blz. 397. |
1914 | De Hollandsche Noordzee: Nieuwe Rotterdammer Courant, 14 Jan. |
1916 | Bodemdaling en strandverdediging: Verslagen der Geologische Sectie van het Geologisch-Mijnbouwkundig Genootschap voor Nederland en Koloniën 2de deel. Sept. |
1920 | Zandfundeering en zanddichtheid: De Ingenieur, 9 Oct. |
1921 | Een gevaar bij paalfundeeringen: De Ingenieur, 20 Aug. |
1923 | Straatwegen met rabatten: De Ingenieur, 12 Mei. |
1924 | De Zuiderzee Landbouw of Industriepolder?: De Ingenieur, 12 Jan. |
1924 | Een bedenkelijk K.B. (windmotors). De Ingenieur, 24 Mei. |
1924 | Naschrift op: Een bedenkelijk K.B.: Waterschapsbelangen, 15 Juli. |
1924 | Onze molens: Nieuwe Rotterdammer Courant, 23 Dec. |
1925 | Malle molens of malle molenaars?: Schuitemakers Purmerender Courant, 20 Oct. |
1926 | De veertig jarige: De Ingenieur, 2 Jan. |
1926 | Geen strop om den hals [Belgisch-Nederlandsch verdrag]: Nieuwe Rotterdammer Courant, 28 Apr. |
1926 | Balans en winst- en verliesrekening van het Belgisch-Nederlandsch verdrag: Algemeen Handelsblad, 9 Sept. |
1926 | Steekpenningen: De Ingenieur, 25 Sept. |
1926 | Nog een zwak punt van het Belgisch verdrag: Algemeen Handelsblad, 5 Oct. |
1926 | Het verdrag met België: Algemeen Handelsblad, 27 Oct. |
1931 | Een Nederlander [v. Ens] terecht gehuldigd: De Ingenieur, 8 Mei. |
1931 | De waterloopkundige oorzaak van Dorestad's ondergang: De Ingenieur, 29 Mei. |
1931 | Het wegenvraagstuk beschouwd door een voetganger: Algemeen Handelsblad, 6 Nov. (ingez.). |
1931 | Wijlen het Keizersveer: De Ingenieur, 4 Dec. |
1933 | Inklinking van veengrond: De Ingenieur, 21 Maart. |
1933 | Zalmheffers inplaats van zalmtrappen bij rivierstuwen: De Ingenieur, 8 Sept. |
1934 | Brandbeveiliging en gewelfbouw: Avondblad v.h. Algemeen Handelsblad, 14 Sept. |
1934 | Rijzing en daling in vroeger tijd: Schuitemakers Purmerender Courant, 23 Oct. |
1913 | Het onderzoek van Prof. Dr. H.G. van de Sande Bakhuyzen c.i., over het dalen of rijzen van den bodem van Nederland en de daarover door R.P.J. Tutein Nolthenius c.i. gemaakte opmerkingen, door Prof. Dr. H.A. Lorentz en Dr. C. Lely c.i.: De Ingenieur, 11 Oct. |
| |
Sociaal-technische onderwerpen.
1886 | De tegenwoordige handelswaarde onzer vervoerondernemingen. Stoomtrams in Nederland: De Ingenieur, 27 Febr. |
1886 | Adres in zake A.V. voor particulier gebruik: De Ingenieur, 11 Sept. |
1887 | De aanbesteding van 's Rijks werken: De Economist, Febr., blz. 117. |
1887 | Een bedenkelijke maatregel: Algemeen Handelsblad, 8 Mei. |
1888 | Blind toezicht: Dagblad de Amsterdammer, 12 Maart. |
1891 | Verzekering van werklieden bij aanbestedingen: Vragen des Tijds, Oct. |
1891 | Technische attaché's: De Ingenieur, 25 Juli. |
1896 | De economische vraagpunten der internationale congressen voor binnenscheepvaart: De Economist, blz. 161. |
1897 | Het wetsontwerp der ongevallenverzekering. Voordracht voor de Vereeniging tot bevordering van fabrieks- en handwerksnijverheid. |
| |
| |
1897 | Het Waterstaatsbudget der laatste 50 jaren: De Gids, Juli No 7. |
1897 | Een technisch attaché voor China: Algemeen Handelsblad, II, 12 Aug. |
1897 | Ongevallen verzekering: De Gids, Dec. No 12. |
1898 | De spoorwegrevue te Renkum: Algemeen Handelsblad, 20 Dec. |
1901 | Amerika op het letterkundig congres te Nijmegen: Oprechte Haarlemmer Courant, 4 Sept. |
1901 | Industrieele oorlogen in Amerika: Oprechte Haarlemmer Courant, 30 Oct. |
1902 | Het geheim van den Amerikaan: Nieuwe Courant, 31 Jan. (stadseditie). |
1902 | Uitsluiting en werkstaking: Oprechte Haarlemmer Courant (stadseditie), 25 Juni. |
1907 | Gesplitste bestekken: Middenstandsbond, 4, II, Jan. |
1908 | Reisbeurzen: De Ingenieur, 28 Maart. |
1910 | Bevordering der Nederlandsche nijverheid bij aanbestedingen: Tijdschrift Maatschappij v. Nijverheid, Mei. |
1911 | Eischen van den nieuwen tijd: De Ingenieur (feestnummer), Jan. |
1922 | Het eenige noodige [enthousiasme]: Tijdschrift v. Maatsch. v. Nijverheid. 15 Jan. |
1922 | Americana: De Ingenieur, 8 Sept. |
1932 | Bevolkingsellende [overbevolking]: S. Schuitemakers Purmerender Courant, 11 Juni. |
| |
Technische schetsen.
1879 | Christiaan Brunings (ingezonden onder pseudoniem X.Y.Z.): Algemeen Handelsblad, 20 Aug. |
1886 | Buitengewone riviercorrespondentie: Eigen Haard, I blz 82; II blz 100; III blz 113. |
1886 | Onze Westelijke nabuur, de Noordzee: De Gids, Juli. |
1886 | † L.A. de Jager: De Ingenieur, 24 Juli (get. R.T.N.). |
1888 | Wat is een syphon? (get. Ing.): Algemeen Handelsblad, 8 April. |
1888 | Het duin bij Weesp (get. Ing.): Algemeen Handelsblad, 17 Juli. |
1890 | Langs het Merwede Kanaal: Eigen Haard, I blz 358; II blz 379; III blz 490; IV blz 534; V blz 744; VI blz 825. |
1894 | † J.A. Waldorp: Eigen Haard, blz. 69. |
1896 | Om en in de wellen der nieuwe sluis te IJmuiden: Eigen Haard, I blz 260, II blz 315; III?; IV blz 362; V blz 365; VI blz 412; VII blz 414; VIII blz 485. |
1898 | Onze openbare werken. Historisch gedenkboek uitgegeven door Het Nieuws van den Dag: Een Halve Eeuw, 1848-1898. |
1902 | † P. Caland: Eigen Haard, December. |
1903 | Verkeersmiddelen te land en te water (overzicht van een voordracht): Ons Huis, XVI. Amsterdam. 18 Febr. |
1903 | De Dedemsvaart: Algemeen Handelsblad. 31 Mei. |
1903 | Afscheidsgroet [† J.F.W. Conrad]: De Gids, Juli. |
1903 | Levensbericht van P. Caland: Levensbericht v.d. Maatschappij der Ned. Letterkunde te Leiden, 1902-1903. Oct. |
1904 | † A.M.K.W. Baron Van Ittersum: De Ingenieur, Oct. |
1905 | J.B. Theuns [40 jarige dienst]: De Ingenieur, 8 Juli. |
1910 | Spoorwegkoning [† A.K.P.F.R. van Hasselt]: De Gids, Mei. |
1911 | Enkele persoonlijke herinneringen aan C.F.M.H. Schnebbelie [†]: De Ingenieur, Maart. |
1916 | Nederland als polderland [boekbeschouwing]: De Gids, Maart. |
1917 | De rand van het land: De Gids, Januari. |
1922 | G. Narutowiez, een gewaardeerd ingenieur: De Ingenieur, 23 Dec. |
| |
| |
1927 | † Mr. J.P. van Löbensels: De Ingenieur, 19 Maart. |
1933 | † Ir. J.C. Ramaer. Levensbericht van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde. |
| |
Hooger Onderwijs.
1871 | Geschiedenis van het Delftsche studentencorps: Delftsche studentenalmanak. |
1875 | Een terugblik: Delftsche studenten-almanak. |
1892 | Voor den civiel-ingenieur: Delftsche studenten-almanak. |
1903 | Student-zijn: De Gids, Oct. overgedrukt in: School en Leven. |
1904 | Door mij opgesteld Adres der Delftsche ingenieurs in zake hunne onderwijsbevoegdheid, aan het Ministerie van Binnenl. Z. 9 Febr. |
1904 | De technische opvoeding van ons volk: De Ingenieur, 13 Febr. (met het adres overgedrukt in: School en Leven). |
1908 | Zelfverweer van een hollandschen jongen: De Gids, Juni. |
1914 | Delftsche titels: De Ingenieur, 23 Mei. |
1919 | De Delftsche studie: De Ingenieur, 27 Dec. |
1923 | Bravo! [latijnsche redevoering van prof. Naber]: Schuitemakers Purmerender Courant, 10 April. |
1923 | Een blijde tijding [verlaging jaarwedden] ibid., 9 Oct. |
1924 | Volksaard of omstandigheden? [Delftsche studie]: De Ingenieur, 6 Sept. |
1925 | Een hoog noodige leerstoel aan de T.H.S. [academische gebouwen]: De Ingenieur, 23 Mei. |
1927 | Bravo, rektor! [Prof. Meijers over misbruiken]: Schuitemakers Purmerender Courant, 18 Oct. |
1932 | Perspomp of vraagbaak [onderwijs]: Algem. Handelsblad, 14 Dec. |
| |
Middelbaar Onderwijs.
1897 | Meestersverdriet: De Gids, Nov. (ook afzonderlijk gedrukt voor Arnhemsche ouders van H.B.S. scholieren overgedr. in School en Leven. |
1902 | Een volmaakt overbodige vereeniging: Zutphensch Dagblad, 6 Juni. |
1906 | Verschoolmeesterd gymnasium: De Gids, Sept. |
1922. | Een zuiniger oplossing van het examen-vraagstuk: Weekblad de Amsterdammer, 7 Oct. |
1925 | Plattelands Weelde [de natuur]: Schuitemakers Purmerender Courant, 21 Maart |
1925 | Steekproeven: ibid., 24/31 Maart. |
1925 | Haagsche bluf: ibid., 22 Sept. |
1936 | Voor onze Hoogere Burgerschool-leerlingen: ibid., 12 Sept. |
| |
Lager onderwijs.
1898 | Is ons huidig L.O. zoo ingericht, dat het aan het doel eener goede opvoeding beantwoordt? Rede gehouden den 10en Augustus 1898 op het Onderwijs-Congres der nationale Tentoonstelling van Vrouwenarbeid te 's Gravenhage. |
1898 | Schooi op voetjes: De Gids, Sept. |
1898 | Handenarbeid op de lagere school: De Gids, Oct. |
1902 | De school der 20e eeuw: Tijdschrift v. Onderwijs en Handenarbeid. |
1906 | Schoolproblemen: De Gids, Febr. |
1907 | Een beter middel: Algem. Handelsblad, 13 Nov. |
1909 | De africhting van den politiehond: De Gids, Febr. |
1912 | Menschen-plankton, naar aanleiding van een bezoek aan een Noorweegsche lagere school: De Gids, Nov. |
| |
| |
1913 | Opvoeding en onderwijs: 't Herstelde Nederland (onder red. van gen. Fabius). |
1913 | St. Nicolaas-geschenk voor jonggehuwden [boekbeoordeeling J. Ligthart]. |
1914 | J. Ligthart's Jeugdherinneringen [boekbeoordeeling]: De Gids, Nov. |
1921 | Een land zonder schoolstrijd: Schuitemakers Purmerender Courant, 6 April. |
1925 | Openbaar en bijzonder onderwijs [over een rede van P.M. Tutein Nolthenius in 1857]: Schuitemakers Purmerender Courant, 17 Maart. |
1925 | Wat de school kost aan arbeider, middenstander en kapitalist: Weekblad De Amsterdammer, 14 Oct. |
1928 | Les ecoles confessionelles aux Pays Bas: Journal de Genève, 27 Febr. |
1933 | Leeren spreken op school: Algem. Handelsblad, 1 Juni. |
1934 | Taalverslapping [bezwaren tegen spellingsvoorstel]: Algem. Handelsblad 29 Mei (ingez.) |
| |
Vakonderwijs.
1899 | Verslag der Inleiding ter vergadering in zake oprichting der Geldersche school voor Kunstnijverheid: Zutphensche Courant, 28 Nov. |
1900 | Een nieuwe tak van kunstnijverheid in Gelderland [batikken]: Zutphensche Courant, 19 Mrt. (ongeteekend). |
1900 | Onze kunstnijverheid in gevaar: De Gids, Dec. (overgedr. in: Middenstandskernen). |
1902 | Een boos rapport (get. Molybdus): Zutphensch Dagblad, 23 Juni. |
1902 | Heel veel vacantie (get. Molybdus): Zutphensch Dagblad, 23 Juli. |
1904 | Over Nederlandsche Kunstnijverheid: De Gids, Oct. |
1905 | Bijdrage tot Baedeker's Zuid-Duitschland: De Gids, Juni. |
1905 | Nijverheidsonderwijs in Nederland (in het Fransch): (voordracht?) Internationaal Middenstands Congres te Luik, Augustus. |
1906 | Een geldersche patroonsleergang: Eigen Haard, 26 Mei. |
1906 | Vakonderwijs en middenstand: Dagblad De Telegraaf, 4 Nov. (onget.). |
1906 | Staatscommissie van den middenstand: Middenstandsbond, 9 Nov. (onget.). |
1906 | Het rapport over vakonderwijs: Maandblad voor vakonderwijs, Dec. |
1906 | Op nieuwe banen, I: De Gids, Dec. |
1906 | Is het wenschelijk om in afwachting van de organisatie van het vakonderwijs over te gaan tot het benoemen van een inspecteur voor het Handelsonderwijs? Middenstandsbond, Dec. (onget.). |
1907 | Nota betreffende het vakonderwijs. Verslagen en mededeelingen van de afdeeling Handel van het Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel. No. 2. Rapport aan H.M. de Koningin met bijgevoegde Nota betreffende het Vakonderwijs, van de Staatscommissie voor den Middenstand, Oct. |
1908 | Een museum voor onze jongens [Deutsches Museum te München]: Tijdschrift voor de Maatschappij van Nijverheid, Nov. |
1909 | Wat een zwitsersche stad [Zürich] overheeft voor beroepsonderwijs: Tijdschrift voor de Maatsch. van Nijverheid, Dec. |
1919 | De ‘Freule’ [Jonkvr. de Bosch Kemper]: De Gids, Maart. |
1920 | Advies in zake uniformiteit der handelscursussen: ? Congres v.d. Middenstandsbond, 20 Juli. |
1934 | De ambachtsschool: Zutphensche Courant, 3 Nov. |
| |
Tentoonstellingen
1898 | Domui Nassauiae Arausiae Sacrum: Algem. Handelsblad, 30 Nov. (ondert. ‘R’). |
1901 | Catalogus der Nederlandsch West-Indische Tentoonstelling [boekbespreking]: De Gids, Nov. |
| |
| |
1904 | Verslag van de Internationale Tentoonstelling van ambachtswerktuigen te Gent: Staatscourant, Aug. |
1904 | Adres aan den gemeenteraad van Amsterdam in zake de Tentoonstelling: Kunst aan 't volk. Dagblad De Telegraaf, 23 Dec. |
1905 | Repliek op een artikel van Fr. Coenen over dat artikel: ibid., 15 Jan. |
1906 | Installatie Commissies Tentoonstelling van Ambachtswerktuigen te Amsterdam: Tijdschrift voor de Maatschappij van Nijverheid, Oct. |
1906 | Installatie Commissies voor de Congressen, (idem): Alg. Handelsblad, 22 Nov. |
1906 | Installatie Commissies voor de Congressen, (idem): Tijdschrift Maatschappij van Nijverheid, Dec. |
1907 | Nijverheidstentoonstelling [bespreking met België]: Algem. Handelsblad, 6 Febr. (onget.). |
1908 | Nederland in België [subsidie tentoonstelling te Brussel]: Algem. Handelsblad, 25 Oct. |
1908 | Nogmaals Nederland in België: ibid. 27 Oct. |
1908 | De beteekenis en gedaanteverwisseling der internationale tentoonstellingen: Algem. Handelsblad, 30 Oct. |
1908 | De beteekenis der Brusselsche tentoonstelling voor Nederland: Algem. Handelsblad, 1 Nov. |
1910 | Brusselsche tentoonstellingsgedachten: De Gids, Sept. |
1908 | Ons Brusselsch paviljoen: Bouwkundig Weekblad, 29 Oct. |
1911 | Nederland te Londen [opwekking tot deelname aan de Londensche tentoonstelling]: Algem. Handelsblad, 5 Dec. |
1912 | Openingsrede Tentoonstelling van Kunstnijverheid en Volkskunst te Dordrecht: Dordsche Courant, 4 Mei. |
| |
Samenleving.
1879 | Aan den buitenman van het Handelsblad [Boissevain over adel]: Nieuws van den Dag, 1 Mei (ingez. ondert. Amsterdammer). |
1884 | Misplaatste schroom [afschaffing Raad v. State]: Dagblad De Amsterdammer, II, 12 Januari (ondert. R.). |
1884 | Zwervers van Staat [tarief voor reis- en verblijfkosten]: Dagblad De Amsterdammer, 26, 27 Januari (ondert. R.). |
1884 | Een Prul [tarief voor reis- en verblijfkosten]: Weekblad De Amsterdammer, 31 Augustus (ondert. R.). |
1887 | De gaskwestie: Dagblad De Amsterdammer, 26 Aug. (ingez. niet ondert.). |
1897 | Een leesmuseum voor Zutphen: Zutphensche Courant, 2 Dec. (ingez.). |
1899 | Groene steden en zwarte steden: De Gids, Nov. (overgedrukt in: de Nieuwe Wereld als: ‘Westersche steden’). |
1899 | Oost Azië en Indië [boekbeoordeeling]: De Gids, Nov. |
1899 | Gids der Nederlandsche weldadigheid [boekbeoordeeling]: De Gids, Nov. |
1901 | Een belangrijk boek [Veefokkerij in Denemarken en Zwitserland]: Zutphensch Dagblad, 9 Sept. (get. Molybdus). |
1901 | Taal en Christendom in Indië: Zutphensch Dagblad, 10 Oct. (get: Molybdus). |
1901 | Kan en zal Roosevelt de boeren helpen?: Zutphensch Dagblad, 21, 22, 24, 25 Oct. (get. Molybdus). |
1901 | Een gezellig staatshoofd [Roosevelt]: Zutphensch Dagblad, 22 Nov. (onget.). |
1901 | Keizer Wilhelm na tafel: Zutphensch Dagblad, 25 Nov. (get. Molybdus). |
1901 | In de kaart gekeken [repliek Indische Gids op ‘Taal en Christendom in Indië’]: Zutphensch Dagblad, 26 Nov. (get. Molybdus). |
| |
| |
1901 | Een staatsloterij met eere [afschaffing van Militaire examens]: Zutphensch Dagblad, 4 Dec. (get. Molybdus). |
1901 | De Engelsche koloniën en de boerenoorlog: Zutphensch Dagblad, 18 Dec. (get. Molybdus). |
1901 | De vrijzinnigdemocratische bond en de klassenstrijd: Zutphensch Dagblad, 20 Dec. (get. Molybdus). |
1901 | Parlementaire wittebroodsweken: Zutphensch Dagblad, 28 Dec. (get. Molybdus). |
1902 | Het Nut in de put: Zutphensch Dagblad, 29 Mei (get. Molybdus). |
1902 | Gevaarlijk spel [gebrek dicipli rechterzijde]: Zutphensch Dagblad, 4 Juni (onget.?). |
1902 | Een gouden feest zonder kroon [Vereeniging van de arbeidersklasse te Amsterdam]: Zutphensch Dagblad, 9 Juni (get. Molybdus). |
1902 | Indië en de vrijzinnig democraten: Zutphensch Dagblad, 17 Juni (get. Molybdus). |
1902 | Op leemen voet [omzetting Lipton in N.V.]: Zutphensch Dagblad, 24 Juni (get. Molybdus). |
1902 | Teddy in négligé: De Gids, Juli. |
1902 | Het Belgische verbroederingsfeest: Zutphensch Dagblad, 7 Juli (get. Molybdus). |
1902 | Hokvaste Kamerleden: Zutphensch Dagblad, 9 Juli (get. Molybdus). |
1902 | Wat de Zutphenaren volgens de beroeps-telling zijn: Zutphensch Dagblad, 15 Juli (get. Molybdus). |
1902 | Zutphen voor 10 jaren en thans: Zutphensch Dagblad, 18 Juli (get. Molybdus). |
1902 | Weerlegging van den heer Israëls over mijne politiek: Algem. Handelsblad, 21 Sept. (ingez.). |
1902 | Een hypotheekbank voor boeren: Utrechtsch Provinciaal en stedelijk Dagblad, 28 Oct. (ingez.). |
1902 | Een spook dat niet meer spoken kan [clericalisme]: Zutphensch Dagblad, 10 Nov. (get. Molybdus). |
1902 | Is het tegenwoordige Ministerie inderdaad een Coalitie-kabinet?: Zutphensch Dagblad, 25 Nov. (get. Molybdus). |
1903 | Geen phantasie, maar waarheid [gemeente exploitatie te Glasgow]: Algem. Handelsblad, 3 Apr. (ingez.). |
1903 | De heer Simons en de engelsche belastingen: Algem. Handelsblad, 16 Apr. (ingez.). |
1905 | De heer Talens en de waarheid [verdediging van F. Westerouwen van Meeteren]: Dagblad De Telegraaf, 25 Juli (ingez.). |
1906 | Onze Duitsche Zustervereenigingen [verslag van een voordracht voor de Maatschappij van Nijverheid]: Alg. Handelsblad, 14 Mrt. |
1907 | Staatsexploitatie van Staatsspoorwegen: Algem. Handelsblad, 10 Febr. (ingez.). |
1907 | Onder den zelfden titel repliek van Neiszen: ibid. 16 Febr. |
1908 | Ander Amerika [H.S.S. Kuyper, Een half jaar in Amerika]: De Gids, Apr. |
1908 | Dienstbodenpraatje: De Gids, Aug. |
1909 | Westersch en Oostersch Nederland [boekbeoordeeling]: De Gids, Jan. |
1909 | De Bagdadspoorweg [boekbeoordeeling]: De Gids, Apr. |
1909 | Volksgeloof en volksleven [boekbeoordeeling]: De Gids, Aug. |
1910 | ‘Une juste observation’ [ontbreken van handwijzers]: Ospedaletti hivernal, 1 Febr. |
1910 | Schetsen uit de strafgevangenis [boekbeoordeeling]: De Gids, Juni. |
1910 | Een grootsche onderneming [Smissaert, Nederland in de 20ste eeuw, boekbeoordeeling]: De Gids, Aug. |
1910 | Politieke brand- en inbraakpremie [onze kustverdediging]: Algem. Handelsblad, 2 Dec. (ingez.). |
| |
| |
1910 | Het 46 millioen voorstel [zelfde onderwerp]: Weekblad De Middenstander, Rotterdamsche Handelsvereeniging, 10 Dec. |
1910 | Politieke brand- en inbraakpremie. (ingez.) repliek aan v. Lintum: Algem. Handelsblad, 12 Dec. |
1911 | Groote illusiën [Norman Angelli, boekbeoordeeling]: Weekblad De Amsterdammer, 4 Juni. |
1912 | Wat Goethe niet zag in Sicilië: De Gids, Apr./Mei. |
1912 | Mijlpalen: De Gids, Juni. |
1913 | Gouden regen [Everwijn, Handel en Nijverheid in Nederland]: De Gids, Febr. |
1914 | Historische fragmenten [Joh. Been, boekbeoordeeling]: De Gids, Jan. |
1914 | Kleiner papieren geld: Algem. Handelsblad, 3 Aug. (ingez.). |
1914 | Oorlogsbelasting of weerbelasting?: De nieuwe Financier en Kapitalist, 18 Nov. (ingez. ondert.: R.T.N.). |
1915 | Wartime and peace in Holland [boekbeoordeeling]: De Gids, Apr. |
1915 | Voornaamste huizen in 's Hertogenbosch [boekbeoordeeling]: De Gids, Mei. |
1916 | Register van Handel en Nijverheid: Tijdschrift van de Maatsch. voor Nijverheid, Februari. |
1918 | De publiciteit van het Handelsregister en het te verwachten deficit: Algem. Handelsblad, 3 Jan. |
1918 | Nogmaals het Handelsregister: ibid, 20 Jan. (ingez.). |
1918 | Referendum en initiatief, I: De Gids, Nov. |
1918 | Nieuw Amerika [oorlogsarbeid]: ibid., Dec. |
1919 | Referendum en initiatief, II: ibid., Jan. |
1919 | Wat is democratie? I: Weekblad De Amsterdammer, 1 Febr. |
1919 | De woordenrijkheid van ons Parlement en hare bestrijding: Algem. Handelsblad, 2 Febr. (ingez.). |
1919 | Wat is democratie? II: Weekblad De Amsterdammer, 10 Aug. |
1920 | Het vreemde-talen vraagstuk [Friesch]: ibid., 6 Mrt. |
1920 | De Zwitsersche opleiding tot jurist: ibid., 22 Mei. |
1920 | De Zwitsersche volksbeslissing in zake den volkerenbond: Algem. Handelsblad, 26 Mei. |
1920 | Zal men er gehoor aan geven? [Decentralisatie]: Schuitemakers Purmerender Courant, 8 Dec. |
1920 | De Staatscommissie voor de grondwetherziening en het referendum: Algem. Handelsblad. 16 Dec. |
1920 | Het ei van Columbus [Zwitsersche Ministers]: Schuitemakers Purmerender Courant, 22 Dec. |
1921 | Hoe de wettenfabriek werkt: ibid., 19 Jan. |
1921 | Referendum en initiatief: ibid., 26 Jan. |
1921 | De kat uit de zak [Minister van Gijn over de Zuiderzee]: ibid., 2 Febr. |
1921 | Mooie pakjes [Zwitsersche rechters, geen costuum]: ibid., 16 Febr. |
1921 | Referendum en decentralisatie: Middenstandsbond, 11 Mrt. |
1921 | Vredestichters [Zwitsersche vrederechters]: Schuitemakers Purmerender Courant, 23 Maart. |
1921 | Over aardappels en ambtenaren [volkskeuze]: ibid., 3 Apr. |
1921 | Hoe Eduard Bok Amerikaan werd: Weekblad De Amsterdammer, 14 Mei. |
1921 | Dure beestjes [wisselen van ministers]: ibid., 26 Juni. |
1921 | Een vrouwen-man [E. Bok]: Tijdschrift ‘Zij’, Aug. |
1921 | Zóó een moesten wij hebben! [Minister van Financiën in N. Amerika]: Schuitemakers Purmerender Courant, 13 Aug. |
| |
| |
1921 | Een held [waarschuwing tegen begaafden-kweekerij]: ibid., 3 Sept. |
1921 | Waarom het knijpt [de belastingen]: ibid., 6 Sept. |
1921 | Een emmertje koud water [Nederlands inkomen per persoon]: ibid., 13 Sept. |
1921 | Onze vlag: ibid., 20 Sept. |
1921 | Desespereert niet: [over het referendum]: Tijdschrift ‘Zij’, Oct. |
1921 | Het land der onbegrensde mogelijkheden [Nederland in den vreemde]: Schuitemakers Purmerender Courant, 18 Oct. |
1921 | Is ons Parlement omkoopbaar?: Weekblad De Amsterdammer, 12 Nov. |
1921 | Zwarte Piet. [daling Markenkoers]: Schuitemakers Purmerender Courant, 15 Nov. |
1921 | ‘Spreekzaal’, naar aanleiding van een opmerking in de Nieuwe Courant over T.N.'s art. van 12 Nov.: Weekblad De Amsterdammer, 25 Nov. (ingez.). |
1921 | De Boschwet: Algem. Handelsblad, 3 Dec. |
1921 | Kamer-praatje [afstemming Referendum]: Schuitemakers Purmerender Courant, 3 Dec. |
1921 | E.V. en referendum: Ons Land, 15 Dec. (ingez.). |
1921 | Hoe moet de boschwet er uit zien?: Algem. Handelsblad, 28 Dec. |
1922 | Onder de plak [Kamerclubs]: Schuitemakers Purmerender Courant, 28 Jan. |
1922 | Voet bij stuk [de grondwetherziening]: ibid., 18 Febr. |
1922 | Nogmaals voet bij stuk: ibid., 4 Mrt. |
1922 | Donkere plekken in de Zwitsersche staatshuishouding: Nieuwe Rotterdammer Courant, 16 Mrt. |
1922 | Wat Brielle beteekent: Schuitemakers Purmerender Courant, 18 Mrt. |
1922 | Referendum en grondwetsherziening: Algem. Handelsblad, 25 Mrt. (ingez.). |
1922 | Een jongen van sta vast [Roosevelt]: Schuitemakers Purmerender Courant, 1 Apr. |
1922 | Een oer-Hollander [Roosevelt]: Weekblad De Amsterdammer, 22 Apr. |
1922 | Een te weinig bekend boek [J. de la Gravière, Les Gueux de la mer]: Algem. Handelsblad, 24 Apr. |
1922 | Hoe langer hoe gekker [Partijlooze Partij]: Schuitemakers Purmerender Courant, 9 Mei. |
1922 | Voorbeeld ter navolging [Zwitsersche decentralisatie]: Algemeen Handelsblad, 24 Mei. |
1922 | Een Italiaansch oordeel over de evenredige vertegenwoordiging: Algemeen Handelsblad, 25 Aug. (ingez.). |
1922 | De derde klasse: Algemeen Handelsblad, 31 Oct. (ingez.). |
1922 | De Zwitsersche Boerenbond: De Economist, Nov. |
1922 | Pot en ketel [Europeaan en Aziaat]: Schuitemakers Purmerender Courant, 28 Nov. |
1922 | Meten met gelijke maten [Europeaan en Aziaat]: ibid., 2 Dec. |
1922 | Hollandsche ticheltjes: ibid., 5 Dec. |
1922 | Een vruchtbaar leven [Archivaris Bruinvis]: ibid., 9 Dec. |
1922 | Niet ter navolging [Elzas]: ibid., 27 Dec. |
1923 | Het Zwitsersche boerensecretariaat: 6, 9 Jan. |
1923 | Een bedenkelijk peetvader [Napoleon; centralisatie]: ibid., 13 Mrt. |
1923 | Lessen der Geschiedenis [centralisatie]: ibid., 17 Mrt. |
1923 | De gevolgen van een misverstand [Parlement] ibid., 20 Mrt. |
1923 | Kanton- en vrederechters: ibid, 12 Juni. |
1923 | Op het hellend vlak [centralisatie]: ibid., 10 Juli. |
1923 | Als de kat... [val van het Czarenrijk]: ibid., 17 Juli. |
1923 | Waarom Nederland werd gespaard [Wereldoorlog]: ibid., 21, 24 Juli. |
1923 | Het eenig afdoend bezuinigingsmiddel [decentralisatie]: Tijdschrift van de Maatschappij van Nijverheid, Sept. |
| |
| |
1923 | Om uit je vel te springen [Bezuinigings Cie]: Schuitemakers Purmerender Courant, 13 Oct. |
1923 | Het uitdroogen der buitengemeenten: ibid., 23 Oct. |
1923 | Belastingbloempjes: ibid., 27 Oct. |
1923 | Als er één buikpijn had gehad [vlootwet]: ibid., 3 Nov. |
1923 | Puntjes op de i [ambtenaars-salarissen]: Tijdschrift van den Middenstandsbond, 13 Nov. |
1923 | Boter aan de galg [Wetsontwerp van Dorp]: Schuitemakers Purmerender Courant, 24 Nov. |
1923 | Lloyd George: ibid., 4, 8 Dec. |
1923 | Niemand kan twee heeren dienen [burgemeestersbenoeming]: Tijdschrift van den Middenstandsbond, 7, 14 Dec. |
1923 | E.V. en Zakenministerie: Algemeen Handelsblad, 12 Dec. (ingez.). |
1923 | Waarom het in Engeland kraakt [arbeiders vraagstuk]: Schuitemakers Purmerender Courant, 18 Dec. |
1923 | Referendum: Maandblad A.N.V.O., Dec. |
1923 | Het 5de gebod [eeren van het voorgeslacht]: Schuitemakers Purmerender Courant. 22 Dec. |
1924 | Boerenadel [erfpacht]: ibid., 29 Jan., 2 Febr. |
1924 | Het eerste verstandige woord [nationaal ministerie]: ibid., 5 Febr. |
1924 | Ambtenaar-salarissen: ibid., 11 Mrt. |
1924 | Sterreregen [ridderorden]: ibid., 22 Sept. |
1924 | Rentmeesters [G.M. Kann, Nijmegen]: ibid., 25 Sept. |
1925 | Eerherstel [de O.I. Compagnie geen koloniseerend lichaam]: Weekblad De Amsterdammer, 21 Mrt. |
1925 | Taal-veelheid [het Friesch in eere te herstellen]: Schuitemakers Purmerender Courant, 7 April. |
1925 | Landverhuizing, ibid., 14 April. |
1925 | Cijfers die te denken geven [statistiek]: ibid., 21 April. |
1925 | Het geheim [Cavaliere de Hondt]: ibid., 28 April. |
1925 | Met niets begonnen [gebroeders Lever]: ibid., 26 Mei. |
1925 | Waarom zijn de subsidies zoo verderfelijk? ibid., 2 Juni. |
1925 | Eén dags Koning [de Kiezer]: ibid., 14 Juli. |
1925 | Een moeielijk geval ter oplossing [bloemen plukken]: ibid., 21 Juli. |
1925 | Haagsche bluf [centralisatie]: ibid., 22 Juli. |
1925 | Het normaalpeil van onzen levensstandaard vóór den oorlog: Tijdschrift van de Maatschappij voor Nijverheid. Dec. |
1926 | Hoe voor 450 jaren de Zwitsers ons land verlosten: Schuitemakers Purmerender Courant, 24, 27, 31 Juli, 3 Aug. |
1926 | Volkswetgeving [referendum]: Weekblad De Amsterdammer, 4 Sept. |
1926 | Haagsche janboel [rekenkamer]: Schuitemakers Purmerender Courant, 14 Sept. |
1927 | Onze nederzettingen in en buiten Europa [het Wetsontwerp tot belasten der uitwonenden]: Algem. Handelsblad. 15 Juli. (ingez.). |
1927 | De brave Kaperkapitein [Lökner]: Schuitemakers Purmerender Courant, 23 Juli. |
1927 | Misplaatst medelijden (Sacco): ibid., 10 Sept. |
1927 | Waaraan het hapert, [volkerenbond]: ibid., 13 Sept. |
1927 | Robinson op het onbewoonbare eiland [F.G. Waller over te hooge arbeidsloonen]: ibid., 27 Sept. |
1928 | Eén dag Minister [Lord Grey's dagverdeeling]: ibid., 21 Apr. |
1928 | Roosevelt's raad [‘Doe water in den wijn’]: ibid., 24 Apr. |
| |
| |
1931 | Eendracht maakt macht [Boerenbond]: Algem. Handelsblad, 13 Sept. |
1931 | Oogstpreek [te La Tour de Peilz]: Schuitemakers Purmerender Courant, 24 Oct. |
1931 | De ‘ijzeren’ boer [graanbouw in Kansas]: ibid., 31 Oct. |
1931 | Van den Walburgkerktoren: Algemeen Handelsblad, 25 Sept. |
1931 | Zij die getuigden [Edison, Pasteur]: Schuitemakers Purmerender Courant. 14 Nov. |
1932 | L'industrie soviétique: Feuille d'avis de Vevey. 29 Mrt. |
1932 | In Czaar Peter's huisje [Soviet industrie]: Schuitemakers Purmerender Courant, 2 Apr. |
1932 | Kruid en onkruid [Amerikaansche sterrewichelaars]: ibid., 26 April. |
1932 | Als het getij verloopt [verschuiving van het bedrijfsleven]: ibid. 24 Mei. |
1932 | Bevolkingsellende: ibid., 11 Juni. |
1932 | A propos des méthodes de Voronof: Feuille d'avis de Vevey, 9 Sept. |
1932 | Oorlogs nawee [Amerikaansche veteranen]: Schuitemakers Purmerender Courant, 22 Oct. |
1932 | Hoe meer en beter te bezuinigen [de zweep]: ibid., 29 Oct. |
1932 | Te veel hooi op de vork [centralisatie]: ibid., 8 Nov. |
1932 | De aanhouder wint [Edison]: ibid., 26 Nov. |
1933 | Geluk-zoekers [huwelijksaanvragen]: ibid., 4, 7 Febr. |
1933 | Van Friesland begint de victorie [decentralisatie]: ibid., 4, 7 Mrt. |
1933 | Prins Willem van Oranje: Algemeen Handelsblad, 10 Mei. |
1933 | De beteekenis der Friezen voor ons volksbestaan: Schuitemakers Purmerender Courant, 3 Oct. |
1933 | Jongens van Jan de Witt [redding der ‘Atlantique’] ibid., 24, 31 Oct. |
1934 | Geluk-brengers: ibid., 25 Aug. |
1934 | De wonderlijke paling: ibid., 29 Sept. |
1934 | De leelijke musch: ibid., 9 Oct. |
1934 | Le pétrole contre le gaz: Feuille d'avis de Vevey, 20 Dec. |
1934 | Gemeente-vlaggen: Nieuwsblad voor Friesland, Heereveen, 7 Febr. (ingez.). |
1934 | France-Hollande: Gazette de Lausanne, 19 Mrt. |
1935 | Lang leve de wind: Schuitemakers Purmerender Courant, 29 Jan. |
1935 | La Guillotine avant Guillotin: Mercure de France, 15 Nov. |
1935 | Een vreemd geval: Schuitemakers Purmerender Courant, 19 Febr. |
1935 | Uit de oude doos: ibid., 9 Apr. |
1936 | Hoezee!: De Ingenieur, 3 Jan. |
1936 | Onze viervoeters op school: Schuitemakers Purmerender Courant, 4 Jan. |
1936 | ‘De Ingenieur’ 50 jaar: Algem. Handelsblad, 5 Jan. |
1936 | De kattengeschiedenis: ibid., 18 Jan. |
1936 | Herinnering aan Kampen: Kamper Courant, 21 Jan. |
1936 | Een dringend geval: De Ingenieur, 24 Jan. |
1936 | Wat de Hemelen ons vertellen: Schuitemakers Purmerender Courant, 29 Febr. |
1936 | Zonnekinderen: ibid., 3 Mrt. |
1936 | Terug op den aardbol: ibid., 7 Mrt. |
1936 | De Amerikaansche ‘Van's’: De Ingenieur, 22 Mei. |
1936 | Vrolijke gevangenissen: Schuitemakers Purmerender Courant, 27 Juni. |
1936 | De Zwitsersche Boerenbond: Brielsche Courant, 21 Aug. |
1936 | Switsersk Fryslan, hoofdartikel vertaald door H. Uden Masman: De Fries om Utens, October. |
1936 | De Prettigste Vacantiedag: Schuitemakers Purmerender Courant, 6 Oct. |
1936 | De Leukste dag in de Vacantie: ibid., 24 Nov. |
1937 | Een Canadeesch verhaaltje: ibid., 6 Apr. |
| |
| |
1937 | Volharden! Volharden! [Friesch en Provençaalsch]: Leeuwarder Nieuwsblad, 24 Mei. |
1938 | Ouder dan 40 jaar: De Ingenieur, 25 Mrt. |
1938 | Verzuchtingen: De Ingenieur, 15 Juli. |
1939 | Over: Comment j'ai trouvé la lumière’ par Renée Micaele (Ed. Jean Mayer, Paris): Bulletin du cercle prichique Montreux-Vevey, ‘le Cep’. Juni. |
| |
Middenstand.
1901 | Gevaarlijke vrienden [Fokker. Treub]: Zutphensch Dagblad, 16 Aug. (geteekent: Molybdus). |
1902 | Verslag 3de Congres Intern. te Amsterdam: Staats Courant, 12 Dec. |
1903 | Verslag over het Nationale Congres voor den Handeldrijvenden Middenstand, op 9 en 10 Sept. te Rotterdam: Staats Courant, 18 Dec. |
1904 | Verslag over de eerste algemeene vergadering van den Nederlandschen Bond van vereenigingen van den handeldrijvenden middelstand, op 29 en 30 Juni te Utrecht: Staats Courant, Aug. |
1906 | Verslag omtrent het Internationale Congres van den Handeldrijvenden, Industriëelen en Landbouwenden Middenstand, gehouden te Luik, 16, 17, 18 Aug. 1905: Staats Courant. (bijvoegsel v. 11, 12 Febr. No. 35. (1906)). |
1906 | Openingsrede van de vergadering der Staats Commissie van den Middenstand: De Middenstandsbond, Febr. |
1906 | De organisatie der duitsche ambachtsnijverheid. De Gids, Maart. |
1906 | De organiseering onzer Ambachts-Nijverheid: De Gids, April. |
1906 | Is een cheque- en girodienst bij de posterijen aan te bevelen uit een Middenstandsoogpunt?: De Middenstandsbond, Juni. |
1906 | De voordeelen van den Middeneuropeeschen tijd. De Middenstandsbond. Dec. Op nieuwe banen I: De Gids, Dec. |
1907 | ‘Huisverzorging’: Weekblad ‘De Winkelier’, 9 Mrt. (ondert. Ralph). |
1907 | Op nieuwe banen II: De Gids, Mei. |
1907 | Vakorganisatie van den Middenstand: Middenstands-Congres. |
1907 | Schulze-Délitz of Raffeisen? Congres: Tentoonstelling van ambachtswerktuigen, September. |
1908 | Het Internationale Middenstandscongres te Weenen: Algem. Handelsblad, 10 Oct. |
1908 | Ontwerp-wet ter oprichting van Middenstands-kamers: Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel, Staatscommissie voor den Middenstand, Jaargang 1908, No. 3. (Oct.). |
1909 | Het verleenen van voorschotten op boekvorderingen: Middenstandsbond, 5, 12 Mrt. |
1909 | Tiroolsche brieven I-V: Tijdschrift van de Maatschappij van Nijverheid. Mei/September. |
1909 | Middenstand en huisindustrie: ibid., Nov. |
1910 | Duitsche Middenstandscijfers: ibid. Jan. |
1910 | De oorzaak der Middenstandsbeweging: Feestnummer der 's Gravenhaagsche Winkeliers vereeniging. |
1910 | Advies in zake Oneerlijke Concurrentie: Middenstands-Congres. |
1910 | Ontwerp-wet op de Winkelsluiting: Departement van Landbouw, Nijverheid en Handel, Staatscommissie. |
1911 | Wat onze Middenstand heeft te doen: Jaarboekje Christophilos van het Nederlandsch Jongelieden verbond. |
1911 | (Het ‘Boek voor den Middenstand’). Een les voor velen [organiseering der installateurs]. Handel. Rotterdam. Febr. |
| |
| |
1911 | Eene Nederlandsche Winkelweek. Tijdschrift van de Maatschappij van Nijverheid, Maart. |
1912 | Wat een duitsche handwerkskamer ons leert in zake de publiek-rechtelijke vertegenwoordiging van den Middenstand: De Middenstandsbond, 19 Apr. |
1914 | De toekomst van het Handwerk. Gedenkboek der Deventersche Vereeniging van Nijveren. |
1920 | De Middenstandsveldtocht tegen de H.A.M. (Haagsche Aanneming Maatschappij): De Middenstandsbond, 5 Nov. |
1921 | Bedankbrief aan het Bondsbureau, met hoofdpunten mijner werkzaamheid: ibid., 17 Juni. |
1922 | De Middenstand en de Staatskundige partijen: ibid., 8 Apr. |
1922 | Een blik in de Toekomst: ibid., 1 Sept. |
1923 | Hoe de postchèque- en girodienst onschadelijk te maken: ibid., 1 Juni. |
1923 | Les dangers du chèque postal: Gazette de Lausanne, 24 Sept. |
1924 | De voorgestelde wijziging der Handelsregisterwet. De Middenstandsbond, 4 Jan. |
1924 | Middenstandseer en advocatenvooroordeel: ibid., 6 Juni. |
1924 | De pluim op den verkeerden hoed: ibid., 27 Juni. |
1927 | Toekomst en Verleden: Tijdschrift Maatschappij van Nijverheid, Juni. (Jubileumsnummer). |
1927 | Uit lang vervlogen tijden: De Middenstandsbond, 19 Aug. (Jubileumsnummer). |
| |
Schoone Kunsten.
1899 | Oud-Zutphen: Tijdschrift van de Maatschappij van Bouwkunde. |
1901 | Sprekende Steenen I, II: De Gids, Mrt. Apr. |
1902 | Een der Onzen [Viollet le Duc, feestrede]: Tijdschrift van de Maatschappij van Bouwkunde. |
1906 | Kunsthofjes: De Gids, Dec. |
1908 | De Nieuwezijds Kapel als Rijksmuseum voor Kerkelijke Kunst: Algem. Handelsblad, 4 Mrt. |
1908 | Damreiniging: ibid., 23 Juli. (ingez.). |
1908 | Herboren Vrouwenkunst [handweven]: De Gids, Sept. |
1909 | Kralenrijgen [Mej. M. Verwey]: De Gids, Jan. |
1909 | Tachtig boerenhuizen [van der Kloot Meijburg]: De Gids, Jan. |
1909 | Bouwkunst, 2 maandelijksch tijdschrift [boekbeoordeeling]: De Gids, Aug. |
1909 | Onbrandbare rieten daken: Bouwkundig Weekblad, 23 Oct. |
1909 | Onbrandbare rieten daken: Tijdschrift van de Maatschappij van Nijverheid, Nov. |
1910 | Volkspark en Openlucht-Museum aan de overzijde van het IJ: weekblad De Amsterdammer, 25 Sept. |
1912 | Brand in de groote Jan [Rijksmuseum]: De Gids, Jan. |
1912 | Oude Kunst voor 't nieuwe leven [Kalf. baronie van Breda]: De Gids, Mei. |
1913 | Gids Museum Meermanno-Westrenianum [boekbeoordeeling]: De Gids, Mrt. |
1913 | Plattelandsglorie [dorpskerken]: De Gids, Juli. |
1913 | Steyn Streuvel's Woning in Vlaanderen [boekbeoordeeling]: De Gids, Dec. |
1913 | Armoedig Noorden, van Welderen Rengers [boekbeoordeeling]: De Gids, Dec. |
1914 | Hollandsche steden met belgische oogen bezien [Dumont Wilden]: De Gids, Mrt. |
1916 | Flos Etruriae I, II: De Gids, Jan. Febr. |
1916 | De drijvende kracht: De Gids, Aug. |
1917 | Van der Kloot Meijburg [boekbeoordeeling]: De Gids, Dec. |
1919 | Bebouwing van straten met bogengangen: Algem. Handelsblad, 10 Juli. |
1919 | Ander Zwitserland: De Gids, Sept. |
| |
| |
1920 | Brief aan de architecten van Nieukerken te 's-Hage, in zake het gebouw van de Handelmaatschappij: 24 Sept. |
1920 | Halve waarheden op bouwkundig gebied: Weekblad De Amsterdammer, 20 Nov. |
1921 | De onbewoonbaarverklaring van het Rijksmuseum [vervanging door plaatselijke musea]: Schuitemakers Purmerender Courant. 16 Aug. |
1922 | Kunst voor of door het volk [zelf doen hoofdzaak]: Schuitemakers Purmerender Courant. 7 Mrt. |
1923 | Eerherstel [Waterstaatskerken]: De Ingenieur, 18 Aug. |
1924 | Nabouwers [Hollandsche renaissance]: Schuitemakers Purmerender Courant, 15 Mrt. |
1924 | Beschilderde meubelen: ibid., 15 Sept. |
1924 | Topgeveltjes: ibid., 18 Sept. |
1925 | Zur Trachtenfrage: Neue Züricher Zeitung. 8 Sept. (niet onderteekend). |
1927 | Japonnen en jassen [boek van Mevr. Der Kinderen]: Weekblad De Amsterdammer, 19 Febr. |
1933 | A propos des costumes nationaux: Gazette de Lausanne. 22 Oct. |
| |
Letterkunde.
1870 | Skizzen aus unserm Leben, mit Benützung von Goethe's Faust. Prolog en Lied Greth v.D.E. Siegenbeek van Heukelom: Delftsche Studenten Almanak (onget.). |
1872 | De Delftsche rarekiek: Delftsche Studenten Almanak. |
1895 | Nieuwe vaandels en oude tropheën [Berlijn]: De Gids, Jan. |
1897 | De Zutphensche librye [bij een teekening van J. Veth]: Weekblad De Kroniek, 26 Sept. |
1898 | Op Zondag morgen [preeken van Jo. de Vries]: De Gids, Mrt. |
1898 | Dr. Byvanck te Vlaardingen. (onder. ‘R.’) (over 19de-eeuwsche Nederlandsche poëzie): Algem. Handelsblad. 20 en 22 Nov. (feuilleton ondert.: ‘R.’). |
1899 | Noten-kraker en muizenkoning: De Gids. |
1899 | Om en over een Amerikaanschen roman [David Harum]: De Gids, Sept. |
1899 | Sprookjes van Andersen: De Gids, Nov. |
1900 | De pastorie van Noddebö: De Gids, Febr. |
1901 | Amerika [Taal- en leterkundig Congres te Nijmegen]: Arnhemsche Courant, 29 Augustus. |
1902 | Uit Insulinde [Oostersche verpoozingen]: De Gids, Nov. |
1903 | G. Carelsen [beschrijving van ‘Rozenhage’]: De Gids, Juni. |
1904 | Leerjaren [Ver Loren van Themaat in Zuid-Afrika]: De Gids, Febr. |
1909 | Ons eigen mooie land [boekbeoordeeling]: De Gids, Sept. |
1910 | Arme Zwerfster: De Gids, Mrt. |
1916 | Eereprijs [‘Gaspard’ door R. Benjamin]: De Gids. Apr. |
1916 | Een patriotisch werk over Mevrouw de Stael [Köhler]: De Gids, Sept. |
1917 | Een bezoek aan Coppet I, II: De Gids, Juni, Aug. |
1917 | Kleine Wenken: De Gids, Oct. |
1917 | Het vervolg [Barbusse: ‘Le Feu’]: De Gids, Dec. |
1918 | Doktersvisite: De Gids, Mrt. |
1918 | Vrouwenideaal: De Gids, Apr. |
1918 | Een bezoek aan Coppet III, IV: De Gids, Juni/Juli. |
1921 | Onze vlag: Schuitemakers Purmerender Courant, 21 Sept. |
1921 | Een vaderlandslievend drama [Davel]: ibid. 24 Sept. |
1924 | Koninginne lief- en leed [Koningin Victoria]: ibid., 26 Febr. 1, 4 Mrt. |
1924 | Over jassen en japonnen [Koningin Victoria]: ibid., 18 Mrt. |
| |
| |
1924 | Over wie de jassen en japonnen droegen [Koningin Victoria]: ibid., 22 Mrt. |
1925 | Het kerkje om den hoek [te New-York]: ibid., 5 Mei. |
1925 | Historische tooneelspelen: ibid., 9 Juni. |
1928 | Recepten, doch niet voor de keuken [Dorothy Dix]: Tijdschrift Leven en Werken, Januari. |
1928 | Voorwoord van ‘Huwelijkspiloot’. (uitgeg. door Tjeenk Willink), Dec. |
1936 | Toen ik nog was Gidsredacteur [op verzoek der redactie geschreven]: Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde 1936-'37, Nov. |
1938 | Ingezonden stukje over ‘Causerie’, in Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde: De Ingenieur, 14 Jan. |
1938 | Protesteer dat v.P. in boekaankondiging schrijft dat ik aan 't slot van mijn jaarboek-artikel geef eene geloofsbelijdenis: De Ingenieur, 14 Jan. |
|
-
voetnoot1
- Nolthenius' verdiensten als ingenieur zijn tijdens zijn leven herhaaldelijk geschetst. Cf. De Ingenieur, 4 Juni 1921, 5 Juni 1931.
|