De Achttiende Eeuw. Jaargang 2005
(2005)– [tijdschrift] Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw– Auteursrechtelijk beschermdDocumentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 2005. Uitgeverij Verloren, Hilversum 2005
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Documentatieblad werkgroep Achttiende eeuw. Jaargang 2005. De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
redactionele ingrepen
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina (p. 2) is niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina *1]
Verklaring der plaat
Uit een serie almanakprentjes met militaire kostuums.
Tweede helft achttiende eeuw.
Rotterdam, collectie Atlas van Stolk.
De achttiende-eeuwse Hagenaren konden er alle dagen van genieten, van de kleurige aanblik van de Cent Suisses, de Zwitsers die deel uitmaakten van de ‘Huys trouppes’ van de stadhouder. Met acht tegelijk hielden zij 24 uur de wacht in het stadhouderlijk kwartier, samen met acht leden van de Hollandse Gardes du Corps, twee hellebaardiers, een sousbrigadier en een korporaal. Bracht de stadhouderlijke familie een bezoek aan de comedie dan stonden er twee Cent Suisses geposteerd bij de ingang van de vorstelijke loge.
De ‘Cent Suisses’ was een instelling die behoorde tot de hofhouding van Willem IV en vooral bedoeld was als ceremoniële omlijsting van de nieuw verworven waardigheid van erfelijk stadhouder. Slechts de helft was in actieve dienst, de andere helft bestond uit gepensioneerden die alleen bij plechtige gelegenheden of parades werden opgetrommeld. Door hun kostuums waren zij duidelijk te onderscheiden van het eveneens in Den Haag gestationeerde regiment Zwitserse gardes, dat onder het staatse leger viel. Dit regiment ging gekleed in blauwe jassen met witte belegsels, rode kragen en omslagen. De Cent Suisses zagen er nog feestelijker uit, in het quasi zestiende-eeuwse, opgepofte kostuum, dat de uitdrukking wilde zijn van de eeuwenoude standvastigheid en trouw aan vorst en oude zeden. De stof was in de lengterichting doorgesneden en ingezet met stroken van verschillende kleuren - ‘orange blanche bleu, der Ouden Vorstelijke Staatsche vlag en veldteken’, zoals Johannes Le Francq van Berkheij schrijft. De bewerkte stof, en ook de bonnet met pluim, gepofte broek en rozetten op de schoenen deden hem overigens sterker denken aan de oude Hollandse dracht dan aan die van de Zwitsers. Wat hem betreft hadden de Cent Suisses net zo goed de naam Cent Hollandais of Cent Bataves kunnen voeren. Klinkt hier iets door van Rousseaus kritiek op de vreemde krijgsdienst? ‘Un citoyen se doit à sa patrie’, schreef de Geneefse filosoof en die overtuiging zou langzaam maar zeker algemeen worden. Voor de Cent Suisses kwam het einde in 1795; de Zwitsers in krijgsdienst daarentegen beleefden van 1814 tot 1829 nog de restauratie.
E.K.-G.
H. Amersfoort, Koning en kanton. De Nederlandse staat en het einde van de Zwitserse krijgsdienst hier te lande 1814-1829, Amersfoort 1988. |
J. Le Francq van Berkheij, Natuurlijke historie van Holland, dl. III (1776) 504. |
F.G.J. Ten Raa, ‘Het garnizoen van 's-Gravenhage in de laatste helft der vorige eeuw’, Jaarboek Die Haghe (1900) 28-47. |
[pagina 1]
De Achttiende Eeuw
Documentatieblad Werkgroep Achtiende Eeuw
Jaargang 37 (2005)
[pagina 108]
Inhoud Jaargang 36
Artikelen | |
Thierry Allain, ‘Zonder magt en adsistentie van buiten’. De viering van de opstand van Enkhuizen tegen de Spanjaarden in 1772 | 42 |
Arianne Baggerman en Rudolf Dekker, Het spook van Sion. Veranderende visies op jeugd en natuur in de late achttiende eeuw | 143 |
Christian Bertram, Natuur en volkskarakter. Met buitenlanders op stap in de Hollandse tuin | 101 |
Frans Grijzenhout, Wandelingen door Hollands Arkadia | 132 |
Edwina Hagen, ‘De groote Hoere’. Papenvrees in de prinsgezinde politieke weekbladpers, 1781-1788 | 21 |
Kornee Van Der Haven, ‘Dat dan de Schouwburg nooit op godsdienst schempe of smaal...’. De herziene Schouwburgdrukken van 1729 en het verbod op godsdienstig en onbetamelijk toneel in de Amsterdamse Schouwburg | 1 |
Hanco Jürgens, Van Gods akker tot spiegel der natuur. Veranderende percepties van de Indiase natuur in berichten van Duitse zendelingen (1750-1810) | 67 |
Rina Knoeff, Het begrip ‘Natuur’ in Boerhaaves Oraties | 112 |
Geert Palmaerts, ‘Vastgelegd en bepaald door de Natuur en de smaak’.
Het begrip Natuur in de achttiende-eeuwse classicistische architectuurtheorie |
92 |
Peter Rietbergen, Becoming Famous in the Eighteenth Century.
Carl-Peter Thunberg (1743-1828) between Sweden, the Netherlands and Japan |
50 |
Berichten uit de geleerde wereld | |
Draadjes die ik zag hangen. Een interview met Joost Kloek | 31 |
De digitale eeuw | |
De achterkant van de geschiedenis. Digitaal vrouwenlexicon van Nederland | 36 |
Omtrent bronnen | |
Dorothee Sturkenboom, Begeesterd door de Natuur. Radermachers maidenspeech voor het Natuurkundig Genootschap der Dames te Middelburg (1790) | 123 |
[pagina *2]
De Achttiende Eeuw
Documentatieblad Werkgroep Achttiende Eeuw
De Achttiende Eeuw publiceert artikelen die betrekking hebben op de geschiedenis van ‘de lange achttiende eeuw’ (1670-1830) in de meest brede zin van het woord. De gedachten van de redactie gaan daarbij uit naar artikelen van 6 à 7.000 woorden (exclusief noten), die origineel zijn en niet in dezelfde vorm elders zijn gepubliceerd. Ook kleinere bijdragen of mededelingen met een documentair of bibliografisch karakter zijn welkom, zoals archiefvondsten, inventarisaties van verzamelingen, speciale bibliografieen en onderzoeksberichten, meer in het bijzonder over het aandeel van de Lage Landen en hun koloniën.
De Achttiende Eeuw is een uitgave van de Werkgroep 18e Eeuw. Het verschijnt twee maal per jaar.
Kernredactie | Redactie |
Inger Leemans | Eric Jorink |
Edwin van Meerkerk (secretaris) | Jacqueline de Man (tekstredactie) |
Tom Verschaffel | Bert de Munck |
Lodewijk Palm | |
Herman Roodenburg | |
Joost Rosendaal | |
Dorothee Sturkenboom |
Redactiesecretariaat
Edwin van Meerkerk, Radboud Universiteit Nijmegen, Algemene Cultuurwetenschappen Postbus 9103, 6500 hd Nijmegen.
Telefoon: 024 3615543. E-mail: redactie@18e-eeuw.nl
Bestuur Werkgroep 18e Eeuw
Joris van Eijnatten (voorzitter), Koen Buyens, Anna de Haas, Hanco Jürgens (secretaris), Eveline Koolhaas, José de Kruif en Hendrik van Leusen (penningmeester). Achtergrondinformatie, nieuws en aankondigingen vindt u op onze nieuwe website: www.18e-eeuw.nl.
Lidmaatschap en abonnementen
Het lidmaatschap van de Werkgroep 18e Eeuw staat open voor alle belangstellenden. De contributie bedraagt 25,00 euro per jaar; studenten, AIOs, OIOs, bursalen, 65-plussers, vutters e.d. betalen 19,50 euro; instellingen en bibliotheken 39,50 euro. Leden ontvangen het tijdschrift De Achttiende Eeuw en de digitale nieuwsbrief gratis. Opgave graag via de website, of schriftelijk bij de penningmeester, dhr H.J. van Leusen, Singel 205, 3311 KR Dordrecht, lidmaatschap@18e-eeuw.nl, gevolgd door overmaking van de contributie op gironummer 5533514 t.n.v. Werkgroep 18e Eeuw, Dordrecht (voor Belgische leden: postcheque 000-1714065-75 t.n.v. Werkgroep 18e Eeuw, Dordrecht).
Copyright Werkgroep18e Eeuw
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd of openbaar gemaakt door druk, fotodruk, fotokopie, microfilm, of op enige andere wijze, zonder schriftelijke toestemming van de Werkgroep 18e Eeuw.
No part of this book may be translated or reproduced in any form by print, photoprint, photocopying, microfilm, or any other means, without the prior written permission from the Werlyroep 18e Eeuw.
ISSN 0929-9890
Uitgever
Uitgeverij Verloren, Postbus 1741, 1200 BS Hilversum
tel. 035-6859856, fax 035-6836557, info@verloren.nl, www.verloren.nl
[pagina *3]
de achttiende eeuw 37 (2005)1
Verklaring der plaat | ||
Margaret C. Jacob, Bernard Picart and the Turn toward Modernity | 3 | |
Ruben Mantels, ‘Un écrivain patriot’. De markies du Chasteler in het historisch bedrijf van de Oostenrijkse Nederlanden | 17 | |
Signalementen | 35 | |
Marleen de Vries, Uitgegeven... en uitgebuit. Over achttiende-eeuwse bestsellerauteurs, liegende uitgevers, stiekeme privileges en het gedeeld auteurschap | 36 | |
Stand van zaken
Henri Krop, Eenheid in verscheidenheid. Nieuwe visies op de (Nederlandse) Verlichting |
53 | |
Berichten uit de geleerde wereld
De wereld was een doedelzak. Een interview met Hans Bots |
69 | |
Acta Helvetico-Neerlandica
Introduction |
73 | |
Wijnand Mijnhardt, The Limits of Present-day Historiography of Republicanism | 75 | |
Daniel Tröhler, Switzerland and the Netherlands in the 18th Century. The Republican Discourse of Public virtues. | 90 | |
Summaries | 105 | |
Inhoud jaargang 36 | 108 |
[pagina *4]
Verklaring Der Plaat
Collegium Musicum Si Vox est Canta, wapenboek van het Arnhemse muziekcollege, Rijksarchief Gelderland
Dichter-zanger Orpheus in herdersgewaad, zijn staf met hoed in het gras gestoken, vogels fladderend om zijn hoofd, een leeuw aan zijn voeten, geheel mak door de betovering van lierspel en stemgeluid. Dit embleem, geschilderd door de verder onbekende kunstenaar P. van de Wal, siert een van de twee wapenboeken uit de jaren 1663-1793 waarmee de leden van het Arnhemse muziekcollege zich hebben laten vereeuwigen. Si Vox est Canta, na 1778 Santa Caecilia, bestond al sinds 1591 en behoort daarmee tot de oudste muziekgenootschappen van Europa. De wapens zelf getuigen vooral van de voornaamheid van de leden. Slechts een enkeling als de heer H. Tulleken liet zich verleiden tot een wapenspreuk over muziek: Ubicunque harmonia, ordo et proportio sunt, ibi symphonia est - overal waar harmonie, orde en evenredigheid aanwezig zijn, daar is symphonie.
Het zou mooi zijn geweest als het muziekcollege even zorgvuldig zijn muzikale oefensessies en openbare concerten in beeld had laten brengen. Gelukkig geven de archiefstukken allerlei tot de verbeelding sprekende details. Zoals de partijen oesters die jaarlijks vanuit Amsterdam naar Arnhem werden verscheept voor het souper op het Sint Caeciliafeest. Een aantekening uit 1776 vermeldt dat er 2000 stuks werden besteld, niet gering voor een ledental dat steeds fluctueerde rond de twintig. Belangrijker zijn hier natuurlijk de gegevens over de muzikale smaak en praktijk. Bijvoorbeeld dat het college in 1785 de muziekstukken van Geminiani, Locatelli, Vivaldi en tijdgenoten als ‘verouderd’ uit de eigen muziekbibliotheek verwijderde om ruimte te maken voor de eigentijdse muziek van onder andere Boccherini, Haydn, Pleyel. En over de musici die werden aangetrokken voor de openbare concerten. Opvallend veel zangeressen met Italiaanse namen en musici uit de bij Arnhem ingekwartierde Duitse regimenten.
Een diepe inzinking omstreeks 1795 - een dramatisch laag ledenaantal, Franse militairen die de bibliotheek leegroofden en het klavier in stukken sloegen, de concertruimte bezet door zieke militairen - kwam het muziekcollege wonderbaarlijk snel te boven. Dat het ledenaantal in 1805 al naar 33, in 1810 zelfs naar 94 was gestegen zal zeker te maken hebben gehad met moderniserende maatregelen. De dure feesten werden afgeschaft zodat er meer geld besteed kon worden aan muziek en er werden ‘damesconcerten’ ingevoerd.
E.K.-G.
J.W. Staats Evers, Het St. Caecilia-concert te Arnhem, opgerigt in 1591, uit het archief beschreven (Arnhem 1874).
[pagina 220]
Inhoud jaargang 37
Artikelen | |
Koen Buyens, Het muziekleven te Brussel, 1740-1780. Een sociaal-historische verkenning | 135 |
Harald Deceulaer, Magie, geweld en grensoverschrijdende cont(r)acten.
De sociaal-economische, politieke en culturele wereld van de Frans-Vlaamse smokkelaar Colingris (1727-1759) 109Margaret C. Jacob, Bernard Picart and the Turn toward Modernity |
3 |
Ruben Mantels, ‘Un écrivain patriot’. De markies du Chasteler in het historisch bedrijf van de Oostenrijkse Nederlanden | 17 |
Bram van Oostveldt, Arcadië tussen herinnering en utopie. J.J. Rousseau, Mimi in 't hof en het verlangen naar natuurlijkheid | 156 |
Marleen de Vries, Uitgegeven... en uitgebuit. Over achttiende-eeuwse bestsellerauteurs, liegende uitgevers, stiekeme privileges en het gedeeld auteurschap | 36 |
Stand van zaken | |
Henri Krop, Eenheid in verscheidenheid. Nieuwe visies op de (Nederlandse) Verlichting | 53 |
Rudolf Rasch, De stedelijke factor in het muziekleven van de achttiende-eeuwse Nederlandse Republiek | 180 |
Henri Vanhulst, De muziek in de Oostenrijkse Nederlanden en het prinsbisdom Luik. Een bibliografische leidraad | 169 |
Berichten uit de geleerde wereld | |
De wereld was een doedelzak. Een interview met Hans Bots | 69 |
Acta Helvetico-Neerlandica | |
Wijnand Mijnhardt, The Limits of Present-day Historiography of Republicanism | 75 |
Daniel Tröhler, Switzerland and the Netherlands in the 18th Century.
The Republican Discourse of Public virtues |
90 |
Kritiek-Antikritiek | |
Wyger Velema, Wijnand W. Mijnhardt on the Historiography of Republicanism.
A Reply |
193 |
Wijnand Mijnhardt, A Reply to Wyger Velema | 203 |
Scriptieprijs | |
Merel Stikkelorum, De joodse gelijkberechtiging in de opkomende Nederlandse natiestaat: droom of werkelijkheid in de Maatschappij tot Nut van het Algemeen? | 206 |
[pagina *5]
De Achttiende Eeuw
Documentatieblad Werkgroep Achttiende Eeuw
De Achttiende Eeuw publiceert artikelen die betrekking hebben op de geschiedenis van ‘de lange achttiende eeuw’ (1670-1830) in de meest brede zin van het woord. De gedachten van de redactie gaan daarbij uit naar artikelen van 6 à 7.000 woorden (exclusief noten), die origineel zijn en niet in dezelfde vorm elders zijn gepubliceerd. Ook kleinere bijdragen of mededelingen met een documentair of bibliografisch karakter zijn welkom, zoals archiefvondsten, inventarisaties van verzamelingen, speciale bibliografieën en onderzoeksberichten, meer in het bijzonder over het aandeel van de Lage Landen en hun koloniën.
De Achttiende Eeuw is een uitgave van de Werkgroep 18e Eeuw. Het verschijnt twee maal per jaar.
Kernredactie | Redactie |
Inger Leemans | Eric Jorink |
Edwin van Meerkerk (secretaris) | Bert de Munck |
Tom Verschaffel | Lodewijk Palm |
Herman Roodenburg | |
Joost Rosendaal | |
Dorothee Sturkenboom |
Redactiesecretariaat
p/a Edwin van Meerkerk, Radboud Universiteit Nijmegen, Algemene Cultuurwetenschappen. Postbus 9103 6500 hd Nijmegen. Telefoon: 024 3615543. E-mail: redactie@18e-eeuw.nl. Fax: 024 3612807. De auteursinstructies leest u op www.18e-eeuw.nl.
Bestuur Werkgroep 18e Eeuw
Joris van Eijnatten (voorzitter), Koen Buyens, Anna de Haas, Hanco Jürgens (secretaris), Eveline Koolhaas, José de Kruif en Hendrik van Leusen (penningmeester). Achtergrondinformatie, nieuws en aankondigingen vindt u op onze website: www.18e-eeuw.nl.
Lidmaatschap en abonnementen
Het lidmaatschap van de Werkgroep 18e Eeuw staat open voor alle belangstellenden. De contributie bedraagt 25,00 euro per jaar; studenten, AIOs, OIOs, bursalen, 65-plussers, vutters e.d. betalen 19,50 euro; instellingen en bibliotheken 39,50 euro. Leden ontvangen het tijdschrift De Achttiende Eeuw en de digitale nieuwsbrief gratis. Opgave graag via de website, of schriftelijk bij de penningmeester, dhr H.J. van Leusen, Singel 205, 3311 KR Dordrecht, lidmaatschap@18e-eeuw.nl, gevolgd door overmaking van de contributie op gironummer 5533514 t.n.v. Werkgroep 18e Eeuw, Dordrecht (voor Belgische leden: postcheque 000-1714065-75 t.n.v. Werkgroep 18e Eeuw, Dordrecht).
Copyright Werkgroep18e Eeuw
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd openbaar gemaakt door druk, fotodruk, fotokopie, microfilm, of op enige andere wijze, zonder schriftelijke toestemming van de Werkgroep 18e Eeuw.
No part of this book may be translated or reproduced in any form by print, photoprint, photocopying, microfilm, or any other means, without the prior written permission from the Werkgroep 18e Eeuw.
ISSN 0929-9890
Uitgever
Uitgeverij Verloren, Postbus 1741, 1200 bs Hilversum
tel. 035-6859856, fax 035-6836557, info@verloren.nl, www.verloren.nl
[pagina *6]
de achttiende eeuw 37 (2005)2
Verklaring der plaat | ||
Harald Deceulaer, Magie geweld en grensoverschrijdende contracten.
De social-economishe, politieke en culturele wereld van de Frans-Vlaamse smokkelaar Colingris (1727-1759) |
109 | |
Muziek in de Stad
Koen Buyens, Muziek en stedelijkheid in Nederlanden. Een inleiding |
132 | |
Koen Buyens, Het muziekleven te Brussel, 1740-1780. Een sociaal-historische verkenning | 135 | |
Bram van Oostveldt, Arcadië tussen herinnering utopie. J.J. Rousseau, Mimi in 't hof en het verlangen naar natuurlijkheid | 156 | |
Muziek in de Stad: stand van zaken
Henri Vanhulst, De muziek in Oostenrijkse Nederlanden en het prinsbisdom Luike. Een bibligrafische leidraad |
169 | |
Rudolf Rasch, De stedelijke factor in het muziekleven van de achttiende-eeuwse Nederlandse Republiek | 180 | |
Kritiek-Antikitiek
Wyger Velema, Wijnand W. Mijnhardt on the Historiography of Republicanism. Reply |
193 | |
Scriptiesprijs
Merel Stikkelorum, De joodese gelijkberechtiging in de opkomende Nederlandse natiestaat: droom of werkelijkheid in de Maatschappij to Nut van het Algemeen? |
206 | |
Summaries | 218 | |
Inhoud jaargang 37 | 220 |