Vaderlandsche historie. Deel 1
(1749)–Jan Wagenaar– AuteursrechtvrijXVIII. Wolfran, Bisschop van Sens, predikt het geloof in Friesland.Men wil, dat de kryg tegen de Friezen met een verdrag eindigde, by het welk Radboud, onder anderen, zig verbondt, den Kristelyken Godsdienst te zullen omhelzenGa naar voetnoot(h). Ook schynt deeze belofte en de vryheid voor de Geloofsverkondigers, die 'er op volgde, Wolfran, Bisschop van Sens in Champagne, bewoogen te hebben, om zig, te schepe, uit den mond der SeineGa naar voetnoot(i), naar Friesland te begeeven, en Willibrord, in 't voortplanten der Evangelie-leere, de hand te biedenGa naar voetnoot(k), met zo gewensch- | |
[pagina 370]
| |
ten uitslag, dat een goed getal van Friezen, onder welken Radbouds eigen Zoon was, hetGa naar margenoot+Geloof omhelsden en zig doopen lieten. Radboud zelf werdt by na bewoogen, om zyne gedaane belofte te voltrekken. Men maakte, naar 't verhaal onzer KronykenGa naar voetnoot(l), te Hoogtwoude, anderenGa naar voetnoot(m) schryven te Medenblik,Ga naar margenoot+eene Doopvont gereed. Hy hadt 'er den eenen voet reeds in gezet, en Wolfran stondt vaardig om hem te doopen, wanneer hy, op zyne vraag, ‘waar het groot getal der afgestorven' Friesche Grooten, zyne Voorouderen, vervaaren ware? ten antwoord krygende, dat alle ongedoopten zekerlyk verlooren waren, zynen voet wederom te rug trok, verklaarende ‘dat hy liever, met de menigte zyner Voorouderen, in het zalig gewest van Wodan, dan met den geringen hoop der Kristenen, in den Hemelzyn wildeGa naar voetnoot(n). Wolfran vertrok hier op, en Radboud, die reeds, verscheiden' jaaren, aan eene sleepende ziekte gekwynd hadtGa naar voetnoot(o), stierf zo kort hier na, dat hy op den derden dag begraaven werdtGa naar voetnoot(p). Poppo volgde hem op: onder wiens Regeeringe, Willibrord en de andere Predikers volkomen' vryheid kreegen, om het Evangelie, wyd en zyd, te verkondigenGa naar voetnoot(q), en de Kerken, die, onder de voorige Regeeringe, tot den Afgodendienst, | |
[pagina 371]
| |
misbruikt warenGa naar voetnoot(r), wederom tot den Kristelyken dienst te gebruiken. Omtrent deezen tyd, schynt Willibrord, te Utrecht, een Klooster en eene Kerk, ter eere van den Zaligmaaker Jezus Kristus en van de Heilige Maagd, gestigt te hebbenGa naar voetnoot(s). Ook heeft hy, naar waarschynlykheid, nu eerst, den zetel zyns Bisdoms te Utrecht gevestigd, en zig, ernstelyk, op het prediken onder de ongeloovige Friezen, toegelegdGa naar voetnoot(t). Karel hadt, even als Groothofmeesters te doen gewoon waren, zekeren Klotaris tot Koning verklaard, die in 't jaar zeven honderd negentien overleedtGa naar voetnoot(v). Chilperik overleedt omtrent twee jaaren laater, in wiensGa naar margenoot+plaats, Theodorik de III, Zoon van Dagobert den II, tot Koning verheeven werdtGa naar voetnoot(w). Karel, die de waardigheid van Groothofmeester nu in zyne handen gesteld zag, sloot eerlang een verdrag met Raganfrid, by het welk, het Graafschap Angers aan deezen voor zyn Leven werdt afgestaanGa naar voetnoot(x). Te vooren hadt Karel zyne Stiefmoeder Plechtrude al genoodzaakt, om hem de nagelaatene schatten van zynen Vader Pipyn over te leverenGa naar voetnoot(y). Zo zeer nam zyn rykdom en magt, hand over hand, toe, dat hy, met de daad, schoon niet met den naam, Koning der Fran- | |
[pagina *7]
| |
L.F. du Bourg del.
J. Folkema Sculp. De Friesche Koning RADBOUD weigert zig, Bischop WOLFRAN, te laaten doopen. | |
[pagina 372]
| |
ken was. Des zag men hem ook wel haast, volgens de gewoonte dier tyden, eenigen zyner goederen aan de Geestelykheid wegschenken. |
|