Verzameling volks- en straatliedjes (collectie Nijhoff)(ca. 1650-1750)–Pieter de Vos– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 887] [p. 887] Een Nieuw Liedeken, hoe Venus veragt, en Bacchus om zijn Wijn bemind word, Stem: Als 't begint. Jk wil op Venus Snaren niet meer vedelen, Want zy brengt de rijkste Man tot bedelen, Al haer gezoen, 't Js maer om de poen, Van Boer of van Edelen, Jk heb met Venus niet te doen. 'k Wil van Venus Wetten mijn gaen ontbinden, Want daer is niet als verdriet en pijn te vinden, Neen kleyne God, Jk ben niet meer soo sot, Dat ik mijn laet binden, Want ik drijf met u de spot. 'k Weet mijn geld wel anders uit te soetelen, 'k Heb den bras van al dat fremelen en van troetelen, Al haer gestreel, 't Sou by mijn keel, Een Mensch verhoetelen, 'k Hou mijn strijkstok van de Veel. [pagina 888] [p. 888] Sou ik so mijn goed en bloed soo gaen verdartelen, Jk laet mijn van de Liefde so niet martelen, 'k Ben voor mijn geld beter besteld, Gy doed mijn spartelen, Ha je mind met u geweld. 'k Laet de Min voor Heydenen en voor Turken, Voor Rafianen en voor Schurken Ag koele Wijn, drank van den Rijn, Mogt ik u slurpe Want gy houd ons uyt de pijn. Bacchus God der Wijn, U wil ik eeren, Want gy doed ons leven als de Heeren, Gy geeft ons moed Al hebben wy geen goed Om veel van te teeren, Want gy ons hert verheugen doed. Weg weg Venus Kind met al u strikken, 'k Wil mijn liever vol aen Bacchus tranen slikken, Ag uwe Wijn Js Balsem voor Fenijn, Van de Minne strikken, Roept dan viva God der Wijn. Liefste Lief ik kan 't mijn niet verzinnen, Dat gy nu gaet een andere Liefje minnen, Jk had gedagt, en dag en nagt, By u te wesen, Maer gy hebt mijn niet geagt. EYNDE. Vorige Volgende