De werken van Vondel. Deel 3. 1627-1640
(1929)–Joost van den Vondel– Auteursrecht onbekend
[pagina 484]
| |
De Bruyloft van Cana.aant.Ga naar voetnoot*Aen Garbrant Anslo, en Abigel Schouten.Wie kan harten t'samen lymen
Beter als de groote Hymen,Ga naar voetnootvs. 2
Die, gedaelt uyt 's hemels schoot,
Binnen Cana werd genoot.
5[regelnummer]
Hy quam met geen fackel lichten,Ga naar voetnoot5
Maer met synen wandel stichten,
Die by 't menschelijck geslachtGa naar voetnoot7
Blonck, gelijck een star by nacht.
Sou men blyer bruyloft wenschen,
10[regelnummer]
Als daer Godt sich met de menschen
Koomt versellen soo gemeen,Ga naar voetnoot11
Om syn segen te besteen?Ga naar voetnoot12
Kon de bruydt te Cana schreyen,
Doen haer Godt te bedt quam leyen?Ga naar voetnoot14
15[regelnummer]
Sou 't gesegent bruylofs-huys
Angstich zyn voor eenig kruys,
Doen de twee gelieven sagen
Hem, die 't kruys voor hun quam dragen?Ga naar voetnoot18
Seker wat een majesteyt
20[regelnummer]
Bracht syn tegenwoordigheyt,Ga naar voetnoot19-20
Onder 't lieffelijck vergaren:
Doen Gods blyschap self de snaren
Stelde van een yder siel,Ga naar voetnoot22-23
Die hier feest met Englen hiel.
25[regelnummer]
Maer op dat dit uyt sou steecken,Ga naar voetnoot25
Most 'er eerst de wijn ontbreecken;Ga naar voetnoot26
Wijn, een oorsaeck van de vreugt;
| |
[pagina 485]
| |
Wijn, die Godt en mensch verheugt.
Jesus moeder sach verlegen
30[regelnummer]
Om na haers gesalfden zegen,Ga naar voetnoot29-30
Na den wijn-stock hoog van prijs,Ga naar voetnoot31
Die in 't weelich Paradijs
Alles doet van blyschap schatren:
Dees verkeerde stracx de watrenGa naar voetnoot34
35[regelnummer]
In een dranck, by oud en jong
Smaeckelijcker op de tong
Als die eerst was ingeschoncken,
En sy worden Godlijck droncken:
En dat eerste wonder-werck
40[regelnummer]
Klinckt noch daeglijcx in syn kerck,Ga naar voetnoot40
Waer men synen lof hoort singen,
Die ten hemel op komt dringen,Ga naar voetnoot42
Van het westen tot in 't oost.
Dit en geeft geen kleynen troost
45[regelnummer]
Aen die Paaren met malkandren.
Godt kan druck in vreucht verandren,
Als hy Canaes water deê.Ga naar voetnoot46-47
Schept dan hart en moedt, gy twee,Ga naar voetnoot48
Die, door kuysche trouw verbonden,
50[regelnummer]
Al wat u wert toegesondenGa naar voetnoot50
Van den hemel, neemt in danck,
Dan wat suurs, dan soeten dranck.
GARBRANT zy in deucht een spiegel
Van syn toegevoegde ABIGEL,Ga naar voetnoot54
55[regelnummer]
Brengende op syn tijdt te pas
Wat hy in de boecken las,
Wat hy leerde van de stommen,Ga naar voetnoot57
Wat hy uyt de heyligdommen
Van de ware wijsheyt brocht,
60[regelnummer]
En met lust en arbeydt socht.
|
|