Gezangen der vrije-metzelaaren(1799)–Joos Verschuere Reynvaan– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 27] [p. 27] Den venerable meester aan de broeders visiteurs; met het antwoord van de broeders visiteurs aan den venerable meester. Wijze: Pauvre Jacque quand je suis près de toi. 1. Waarde Broeders, die ons op deezen tijd, Opregt komt uwe Vriendschap schenken; Ons hart gevoelt hier door zich zeer verblijd, En zullen altijd daar aan denken. (bis.) 2. Ed'le Vriendschap, deugdrijke Hemelmaagd! Op aarde neergedaald van boven, Gij hebt altijd van ouds aan ons behaagd, Wij zullen eeuwiglijk u looven. 3. Geen Vriendschap is zoo eêl en trouw van aart, Zoo deugdenrijk in haaren wandel; Zij is opregt, mint de eendragt en bewaart Die haar bemint, voor slinkschen handel. (bis.) [pagina 28] [p. 28] 4. Wij draagen daarom 't Schootsvel haar ter eer', Wat de Profaanen op ons smaalen, En minnen deez' Hemelschoone te meer, Die u ter Tempel binnen haalen. 5. Deez' Rijksvorstin kroone u met lauwerblaân! Dat Wijsheid, Schoonheid, u vercieren! En de Opperbouwheer gord' met Sterkte u aan, Om de ed'le Metz'larij te vieren. (bis.) Vorige Volgende