Zinne-beelden, oft Adams appel
(1642)–Jan van der Veen– Auteursrechtvrij
[pagina 4]
| |
Eerste zinne-beeldtStemme: Di moy di moy birene mon amy.'t GEslepen Stael er 't donderende Schut,
Getrouwt an Trom gehylikt an Trompetten,
Ga naar margenoot+ Is 's Vyandts schrik, maer alles is onnut,
Ga naar margenoot+Soo d'oppermacht syn macht niet wil beletten,
Ga naar margenoot+Noch 't krielendt Heyr bekleedt in blank metael,
Noch Schans op Schans, tot voordeel onser wallen,
Noch Yssel-stroom, noch Rijn, noch Maas of Waal
Ga naar margenoot+Syn sonder hulp van Gode niet met allen.
Ga naar margenoot+Syn Oogen-wenk doet beeven Berghen Rots'
Ga naar margenoot+En syn gedacht doet alle hoogh-moet daelen,
Ga naar margenoot+Syn gramschap doet verswinden alle trots
Ga naar margenoot+En syn gesicht can inden Afgrondt straelen.
Ga naar margenoot+d'Onmog'lijkheyt is mogelijk voor hem,
Die uyt een niet schiep Hemel Lucht en Aerde,
Ga naar margenoot+En soo hy wil, can weder synne Stem,
Ga naar margenoot+Die brengen tot een niet, van geender waerde,
Ick segge hem, die sonder Aardtsche vondt,
Ga naar margenoot+Als Spiessen Roers Musketten of Cartouwen,
Ga naar margenoot+Al wie 't hem lust verdelget inden grondt,
Ga naar margenoot+Die moeten wy voor al de Wal betrouwen.
Ghy die daer voert den Arent in u Schildt,
U weder-vaar en 't gunt ghy hebt geleeden,
Is nu versoet en ganschelijck gestilt,
Ga naar margenoot+Gedenk nu die, die voor u heeft gestreeden.
Het wreede Jok van uwe Borgery,
Is afgement door d'afgestorven ouders,
Gefeten onder Spaensche tyranny,
Een last (eylaes) te swaer voor haere schouders.
| |
[pagina 5]
| |
Laet Godt de wraek ghy alle die int bloedt,Ga naar margenoot+
Noch over't leedt van u Voor-Vaders jamm'ren,
Al waer syn oogh ons Vaderlijck behoedt,Ga naar margenoot+
En aerd't geen Wolf, en veyligh sijn de Lamm'ren.
Ghy poorters 'tsaem verlost van Neroospest,Ga naar margenoot+
Soek hulp aen Godt gestadigh t'allen tyden,
Om bystandt tot bewaering onser Vest,
Verhoort hy ons, wie derf ons dan bestryden?Ga naar margenoot+
O Heere Godt weer-houdt het wankel radt,Ga naar margenoot+
O Heere staet doch onse kleyne macht by,Ga naar margenoot+
O Heer bewaer doch Deventer de Stadt,Ga naar margenoot+
O Heer houdt wacht soo syn wy t'samen wacht-vry.
|
|