terug, daar in 1979 de Sovjet Unie, Afghanistan was binnengevallen.
Het is jammer dat vele Surinamers bereid waren hun waardigheid op te geven om naar Moskou te gaan.
Laten wij één ding goed onthouden, Surinamers behoren trotse mensen te zijn. Wanneer wij niet in staat zijn middels goed strijd onszelf te kwalificeren voor één of ander eindronde, dan moeten wij mans genoeg zijn en weigeren via omwegen het eindtoernooi toch te bereiken. Gelukkig nam de SVB het besluit niet naar Moskou te gaan.
Olympisch ploeg 1984
Van boven naar beneden (en v.l.n.r.): Mevr. Moi Tuk Shung, L. Lo A Njoe, Marcel Meyer, Shies Madhar, Siegfried Cruden, Tito Rodrigues, Wati Deets, Stanley Malone. (foto De Ware Tijd)
Gerold Pawirodikromo was één der potentiële kandidaten voor Moskou, maar hij weigerde echter (zie Gerold Pawirodikromo).
De enige kandidaat die nog een kans maakte deel te nemen aan de Olympische Spelen 1980 was Dennis Malone. Samuel Monsels was weliswaar ook aangewezen, maar nadat bleek dat hij Nederlander was, werd hij afgevoerd.
Om naar Moskou te gaan werd de atleet Dennis Malone de eis gesteld dat hij eerst hier te lande een sprong van 7,55m bij het verspringen moest maken om zich te kwalificeren. Zowel op 17 mei als op 7 juni 1980 kreeg deze atleet de gelegenheid de sprong te wagen, echter zonder succes. Suriname nam in 1980 niet deel aan de Olympische Spelen (zie Dennis Malone).
Aangetekend dient te worden dat in die dagen er veel kritiek geleverd werd op die Spelen. Ook in Suriname was de vraag gerezen of we wel of niet naar Moskou zouden gaan. Desi Truideman en Eric Lee waren de mening toegedaan dat in de Sovjet Unie de mensenrechten vertrapt werden.
Nog gecompliceerder werd het probleem, daar de Surinaamse Atletiek Bond geen voorstander was van deelname, terwijl het Surinaams Olympisch Comité dat wel was. Begrijpelijk is dat er van alle kanten aan Dennis Malone werd getrokken, iet wat natuurlijk nooit het geval bij een atleet mag zijn, wil deze zich goed concentreren.
Door het niet halen van het limiet bedaarden de gemoederen in Suriname.
Het Surinaams Olympisch Comité liet wel duidelijk aan de organisatoren blijken dat Suriname niet geboycot had, maar dat zij geen sporters voor deze Spelen kon leveren.
Van 28 juli - 11 augustus 1984 werden de 23ste Olympische Spelen te Los Angelos georganiseerd. De sporters die Suriname toen vertegenwoordigden waren:
Zwemmen: Anthony Nesty en Hugo Goossen.
Atletiek: Siegfried Cruden en Tito Rodrigues
Judo: Shies Madhar
Op 30 juli (100m vlinderslag) en 31 juli (100m vrije slag) nam Anthony Nesty deel aan deze Spelen, maar werd vroegtijdig uitgeschakeld. De 100m vlinderslag zwom hij in 56.15 sec., werd derde in zijn serie en eindigde op de 21ste plaats (zie Anthony Nesty).
Hugo Goossen zwom op 3 augustus de 100m rugslag, maar werd uitgeschakeld voor verdere deelname (zie Hugo Goossen).
Siegfried Cruden liep op 3 augustus de 800m (1 min. 53.31 sec.) en op 4 augustus de 400m (50.7 sec.). Beide tijden waren persoonlijke records, maar waren niet voldoende voor verdere deelname. Tito Rodrigues liep op 9 augustus 1984 de 1500m in een nieuw Surinaams recordtijd (4 min. 02.87 sec.), maar hij werd slechts 7de in zijn serie.
den in de half lichtgewichtsklasse deel. Hij won wel zijn eerste gevecht, maar werd daarna uitgeschakeld.
Ook dat jaar was er veel kritiek in Suriname omtrent de deelname aan deze Spelen.
Vele sportliefhebbers waren namelijk de mening toegedaan dat de Surinaamse atleten geen goede prestaties