135. Een Babylonische spraakverwarring,
‘eene samenvloeiing van allerlei vreemdelingen op de marktplaats eener groote stad, maar ook eene spraakverwarring bij de vereeniging van allerlei richtingen in een godsdienstig genootschap; of ook gebruikt als de leden eener vergadering groot verschil van meening hebben en daarom met groot gedruisch tegen elkander in schreeuwen’; Zeeman, 446 en vgl. het in de 17de eeuw voorkomende den toren van Babel bouwen, ruzie krijgen; fr. la tour de Babel; hd. ein Babel, eine Babylonische Verwirrung; eng. a Babel; fri. in babel, een verwarde boel. Zie no. 134.