Passi, Paesch, en Pinxter gezangen
(1740)–Johannes Stichter– AuteursrechtvrijStemme: Edel Karsou.O Iesus zoet!
Leyt my in uwen Tempel,
Door uwen Heyl'gen Geest,
U te gemoet,
Na Simeons exempel,
Dat mijn Ziel onbevreest,
Die dus lang is geweest
Benauwt, en vol van lijden,
| |
[pagina 54]
| |
Mag ook van hier in vreede gaan,
En eeuwig haar verblijden.
Die dus, &c.
Geeft my te zien
Met mijnder zielen oogen,
Uw zaligheyt bereyt,
Voor alle lien,
Die u te vinden poogen;
Want mijne ziel verbeyt
Alleen uw majesteyt,
Met een ligt in haar handen:
Maar gy die zijt het eeuwig ligt,
Doet mijn ligt meerder branden.
Alleen, &c.
Maria fijn,
Reyn onbevlekte Maget;
Een dageraat ydoon,
Die geeft een schijn,
Des morgens als 't vroeg daget,
Doet gy der sonnen throon,
Brengt gy alom,
Heel vroeg komt gy oprijsen,
Dies zingen wy, weest wellekom,
En gaan u eer bewijsen.
Brengt, &c.
Gods Moeder reyn,
U mijnder wilt ontfarmen,
Toont my uw klaar aanschijn;
Uw Kintjen kleyn
Geeft my in mijne armen,
Drukt het in't herte mijn;
'k Bid u door de pijn
Die uw hart heeft doorsneden,
Dat ik mag wijs en zuyver zijn,
En ligten door goe zeden.
't Bid, &c.
|
|